- Overzicht bijsluiters
- Bijsluiter
Paracox-5
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Paracox-5 suspensie voor suspensie voor oraal gebruik voor kippen
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke dosis van 0,004 ml vaccin bevat:
Werkzame bestanddelen:
Gesporuleerde oöcysten afgeleid van vijf vroegrijpe lijnen van coccidia:
Eimeria acervulina, stam HP, levend 500 - 650 oöcysten*
Eimeria maxima, stam CP, levend 200 – 260 oöcysten*
Eimeria maxima, stam MFP, levend 100 – 130 oöcysten*
Eimeria mitis, stam HP, levend 1000 – 1300 oöcysten*
Eimeria tenella, stam HP, levend 500 - 650 oöcysten*
* volgens de in vitro telmethode van de fabrikant op het moment van de menging en de vrijgave.
Hulpstoffen:
Kwalitatieve samenstelling van hulpstoffen en andere bestanddelen |
Suspensie: |
Fosfaatgebufferde zoutoplossing |
Oplosmiddel voor Paracox voor spray op de kip toediening: |
Karmijnzuur (rode kleurstof E120) |
Xanthaangom (E415) |
Natriumchloride |
Water voor injectie |
Suspensie: melkachtige suspensie na mengen.
Oplosmiddel voor Paracox voor spray op de kip toediening: half-doorzichtige, rode, visceuze oplossing.
3. KLINISCHE GEGEVENS
3.1 Doeldiersoort(en)
Kippen.
3.2 Indicaties voor gebruik voor elke doeldiersoort
Toediening via spray over het voer, spray over de kippen zonder oplosmiddel of via drinkwater:
Voor de actieve immunisatie van kippenkuikens om infectie en klinische tekens van coccidiose, veroorzaakt door Eimeria acervulina, E. maxima, E. mitis en E. tenella te verminderen.
Aanvang van de immuniteit: 14 dagen na vaccinatie.
Duur van de immuniteit: 40 dagen na vaccinatie.
Spray op de kip toediening met oplosmiddel:
Voor de actieve immunisatie van kippenkuikens tegen coccidiose veroorzaakt door Eimeria acervulina, E. maxima, E. mitis en E. tenella:
- om oöcystenexcretie te verminderen voor Eimeria acervulina, E. maxima en E. Tenella
- om gewichtsverlies te verminderen voor Eimeria acervulina, E. mitis en E. tenella
Aanvang van de immuniteit: 21 dagen na vaccinatie.
Duur van de immuniteit: 10 weken na vaccinatie.
3.3 Contra-indicaties
Geen.
3.4 Speciale waarschuwingen
Vaccineer alleen gezonde dieren.
3.5 Speciale voorzorgsmaatregelen bij gebruik
Speciale voorzorgsmaatregelen voor veilig gebruik bij de doeldiersoort(en):
Niet toedienen aan gestresste kuikens, bijvoorbeeld onderkoelde, niet-etende of niet-drinkende kuikens.
Bij spray op de kip toediening, dient een rood voedingskleurstof (Cochenille E120) te worden toegevoegd aan het verdunde vaccin, of het vaccin dient te worden gesuspendeerd in het “Oplosmiddel voor Paracox voor spray op de kip toediening”.
Bij spray op de kip toedieningsmethode kan een significante vermindering van de werkzaamheid worden waargenomen bij verdunning in kraanwater zonder rode kleurstof. De zuiverheid van cochenille E120 moet beantwoorden aan richtlijn 95/45/EC van de Europese Commissie.
Kippen mogen uitsluitend gekweekt worden op ingestrooide bedding. Het vaccin bevat levende coccidia en is voor de ontwikkeling van de bescherming afhankelijk van de replicatie van de vaccinlijnen in de gastheer.
Regelmatig worden er 1 tot 3 weken of langer na de vaccinatie oöcsysten in de gastro-intestinale tractus van gevaccineerde kuikens gevonden. Deze oöcysten zijn zeer waarschijnlijk oöcysten uit het vaccin, die via het strooisel weer in de vogels terechtkomen. Dit verzekert een voldoende bescherming van de populatie tegen alle pathogene species van Eimeria die het vaccin bevat.
Tijdens de toediening dienen maatregelen te worden genomen om ervoor te zorgen dat het verdunde vaccin regelmatig opnieuw in suspensie wordt gebracht.
Aangezien de bescherming tegen coccidiose-infectie na toediening van het vaccin verhoogd wordt door natuurlijke challenge, moet er opgemerkt worden dat elk contact met therapeutische middelen met anticoccidiose activiteit op gelijk welk tijdstip na vaccinatie de effectieve beschermingsduur kan verminderen. Dit is belangrijk gedurende het hele leven van de kip.
Om het risico op challenge door coccidia uit de omgeving vóór het begin van de immuniteit te verminderen, moet tijdens de leegstand het strooisel verwijderd worden en de kippenstal grondig schoongemaakt worden.
Verzeker u ervan dat de volledige vaccinatie-uitrusting vóór gebruik grondig schoongemaakt is.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:
Persoonlijke beschermingsmiddelen bestaande uit een nauwsluitend masker en oogbescherming moeten worden gedragen bij spraytoediening van het vaccin.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor de bescherming van het milieu:
Niet van toepassing.
Overige voorzorgsmaatregelen:
Niet van toepassing.
3.6 Bijwerkingen
Kippen:
Vaak | Intestinale laesie1. |
1 Milde intestinale laesies door bijvoorbeeld E. Acervulina en E. Tenella (laesiescores +1 of +2 in het numeriek scoringsysteem van Johnson en Reid, 1970), werden vaak 3 tot 4 weken na vaccinatie bij vogels waargenomen. Dergelijke laesies zullen de prestaties van geïmmuniseerde kippen niet beïnvloeden.
Het melden van bijwerkingen is belangrijk. Op deze manier kan de veiligheid van een diergeneesmiddel voortdurend worden bewaakt. De meldingen moeten, bij voorkeur via een dierenarts, worden gestuurd naar ofwel de houder van de vergunning voor het in de handel brengen of zijn lokale vertegenwoordiger ofwel de nationale bevoegde autoriteit via het nationale meldsysteem.
Zie de bijsluiter voor de desbetreffende contactgegevens.
3.7 Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg
Legvogels:
Niet gebruiken bij vogels in de legperiode.
3.8 Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Geen anticoccidiosemiddelen toedienen, met inbegrip van sulfonamiden en antibacteriële middelen, vóór of na vaccinatie met het diergeneesmiddel.
Er is geen informatie beschikbaar over de veiligheid en werkzaamheid van dit vaccin bij gebruik in combinatie met enig ander diergeneesmiddel. Ten aanzien van het gebruik van dit vaccin vóór of na enig ander diergeneesmiddel dient per geval een beslissing te worden genomen.
3.9 Toedieningswegen en dosering
Eén enkele dosis van het vaccin moet toegediend worden aan kippenkuikens van 1 dag oud via spray over het voer of spray over de kippen, of aan kippenkuikens van 3 dagen oud via het drinkwater.
Toediening via het voer
Voldoende startervoer voor de eerste 24 - 48 uur moet op papier of plastic op de vloer van het hok gelegd worden. Dien het vaccin niet toe via een automatische voedermachine en plaats behandeld voer niet direct onder verwarmingslampen.
De container krachtig schudden vóór gebruik gedurende 30 seconden om ervoor te zorgen dat de oöcysten opnieuw in suspensie zijn.
Verdun het vaccin in water in een verhouding van ongeveer 5000 doses op maximaal 3 liter water en sproei gelijkmatig over de oppervlakte van het voer met een grove verstuiver. Zorg voor een regelmatige en gelijkmatige spreiding over de totale oppervlakte van het voor de kuikens beschikbare voer. Schud het reservoir van het sprayapparaat regelmatig om neerslag van de oöcysten te vermijden tijdens de toediening. Zorg ervoor dat al het beschikbare voer behandeld is en dat het totale aantal verspreide doses overeenstemt met het aantal kuikens in het hok.
Zodra het vaccin verdund is voor gebruik, dient het verstoven te worden op het voer. De vogels moeten binnen 2 uur toegang hebben tot het voer.
Als de behandelde hoeveelheid voer is opgebruikt, kan de normale voeding worden voortgezet.
Toediening via het drinkwater
Zet de kuikens in het hok wanneer ze één dag oud zijn en zorg ervoor dat ze wennen aan het systeem met drinknippels. Wanneer de kuikens 3 dagen oud zijn, wordt het licht gedurende ongeveer 7 uur uitgeschakeld. Breng de drinkwaterleidingen ongeveer twee uur vóór de toediening van het vaccin buiten het bereik van de kuikens. Tegelijkertijd wordt het licht aangeschakeld. Maak iedere drinkwaterleiding volledig leeg.
Verdun het vaccin in koud kraanwater in een concentratie van 1 dosis/2 - 4 ml. Bereken het gemiddelde aantal kuikens per drinkwaterleiding en bereken de benodigde hoeveelheid verdund vaccin per drinkwaterleiding a rato van 2 - 4 ml per vogel.
Vul alle drinkwaterleidingen met verdund vaccin en breng de drinknippels binnen het bereik van de vogels. Een eerste hoeveelheid (ongeveer 1 liter) van een indicator (bijv. melk) kan gebruikt worden om aan te geven wanneer de leiding tot het einde toe gevuld is en kan worden afgesloten zonder dat er vaccin verloren gaat. Zorg ervoor dat, terwijl de kuikens drinken, iedere leiding gevuld blijft via het reservoir tot al het gesuspendeerde vaccin is toegevoegd dat voor die leiding is klaargemaakt. Daarna wordt de normale watervoorziening hervat.
Het wordt aanbevolen om bij een eerste gebruik van het vaccin in een kwekerij de nodige voorzorgen te nemen om na te gaan dat de drinkwaterleidingen voldoende vaccin bevatten, zoals aangetoond wordt door het verschijnen van de indicator aan de nippels op het einde van de lijn, vooraleer de kuikens wordt toegestaan weer te drinken.
Spray op de kip toediening
Bij spray op de kip toediening, dient een rode voedingskleurstof (Cochenille E120) te worden toegevoegd aan het verdunde vaccin, of het vaccin dient te worden gesuspendeerd in het aanbevolen oplosmiddel “Oplosmiddel voor Paracox voor spray op de kip toediening”. Het oplosmiddel bevat een rode kleurstof en xanthaangom, die beide zorgen voor een betere opname.
a) Oplosmiddel voor spray op de kip toediening
Een doseringsvolume van 0,21 à 0,28 ml verdund vaccin per vogel moet toegediend worden door middel van een grove spray. Bepaal de capaciteit van het sprayapparaat op basis van het volume dat per 100 kuikens geleverd wordt. Vermenigvuldig dit volume met 50 om het totale volume gesuspendeerd vaccin voor 5000 doses (of met 10 voor 1000 doses) te verkrijgen. Dat wil zeggen: voor de bereiding van 5000 doses verdund vaccin is in totaal 0,21 x 5000 = 1050 ml verdund vaccin nodig, met onderstaande verhouding tussen vaccin, oplosmiddel en water:
1. 20 ml vaccin (1 injectieflacon)
2. 500 ml oplosmiddel (1 fles)
3. Aanvullen tot 1050 ml met water
Water dat gebruikt wordt voor verdunning van het vaccin dient vers, koud en vrij van verontreiniging te zijn. Gebruik een schoon vat voor de bereiding van het vaccin. Voeg het oplosmiddel en de berekende hoeveelheid water toe aan het vat en meng tot een uniforme oplossing.
Schud een injectieflacon met 5000 doses (of 1000 doses) vaccin krachtig gedurende 30 seconden om de oöcysten weer in suspensie te brengen. Voeg de volledige inhoud van de injectieflacon toe aan het vat met oplosmiddel en water en meng zorgvuldig. Voeg het gesuspendeerde vaccin toe aan het reservoir van het sprayapparaat en verstuif deze via een grove spray gelijkmatig over de kuikens. Zorg voor een gecontroleerde, gelijkmatige verdeling van het vaccin over de kuikens in de doos. Laat de kuikens minimaal 30 minuten in de doos zitten in een goedverlichte omgeving om de kuikens tijd te geven de eigen en elkaars veren te poetsen.
b) Rode voedingskleurstof (E120)
Een doseringsvolume van 0,21 à 0,28 ml verdund vaccin per vogel moet toegediend worden door middel van een grove spray. Bepaal de capaciteit van het sprayapparaat op basis van het volume dat per 100 kuikens geleverd wordt. Vermenigvuldig dit volume met 50 om het totale volume gesuspendeerd vaccin voor 5000 doses (of met 10 voor 1000 doses) te verkrijgen en voeg deze hoeveelheid water toe aan een geschikte container (normaal 1,0 à 1,5 liter voor 5000 doses of 200 à 300 ml voor 1000 doses). De kuikens nemen het vaccin beter op, en het vaccin is dus doeltreffender, als een rode voedingskleurstof wordt toegevoegd aan het verdunde vaccin vóór toediening door verstuiving. Voeg voldoende rode voedingskleurstof (Cochenille E120) aan het water toe om een concentratie van 0,1% w/v (equivalent aan 210-280 µg/vogel) te verkrijgen.
Schud een injectieflacon met 5000 doses (of 1000 doses) vaccin krachtig gedurende 30 seconden om de oöcysten weer in suspensie te brengen. Voeg de volledige inhoud van de flacon aan het oplosmiddel toe en meng zorgvuldig. Voeg het gesuspendeerde vaccin toe aan het reservoir van het sprayapparaat en verstuif deze via een grove spray gelijkmatig over de kuikens.
Zorg voor een gecontroleerde, gelijkmatige verdeling van het vaccin over de kuikens in de doos. Schud het reservoir van de applicator regelmatig om neerslag van de oöcysten te vermijden tijdens de toediening. Laat de kuikens minimaal 30 minuten in de doos zitten in een goedverlichte omgeving om de kuikens tijd te geven de eigen en elkaars veren te poetsen.
3.10 Symptomen van overdosering (en, in voorkomend geval, spoedbehandeling en tegengiffen)
Ernstige overdosering (5 maal of meer) kan tot een tijdelijke vermindering van de dagelijkse gewichtstoename leiden.
3.11 Speciale beperkingen op het gebruik en speciale voorwaarden voor het gebruik, met inbegrip van beperkingen op het gebruik van antimicrobiële en antiparasitaire diergeneesmiddelen om het risico op ontwikkeling van resistentie te beperken
Niet van toepassing.
3.12 Wachttijd(en)
Nul dagen.
4. IMMUNOLOGISCHE GEGEVENS
4.1 ATCvet-code: QI01AN01
Induceert een specifieke immuniteit tegen wilde stammen van deze Eimeria-soorten bij inname door kippen.
5. FARMACEUTISCHE GEGEVENS
5.1 Belangrijke onverenigbaarheden
Niet mengen met enig ander diergeneesmiddel, behalve het oplosmiddel aanbevolen voor spray op de kip toediening.
5.2 Houdbaarheidstermijn
Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in de verkoopverpakking: 33 weken.
Houdbaarheid van het oplosmiddel in de verkoopverpakking: 2 jaar.
Houdbaarheid na verdunning volgens instructies: direct gebruiken.
5.3 Bijzondere voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Vaccin:
Gekoeld bewaren en transporteren (2 °C – 8 °C).
Niet in de vriezer bewaren.
Bescherm(en) tegen licht.
Oplosmiddel
Bewaren bij 2 °C – 25 °C.
5.4 Aard en samenstelling van de primaire verpakking
Vaccin:
Helder, kleurloos PETG (polyethyleen terefthalaat copolyester) flacon, afgesloten met bromobutyl stoppen en een aluminium kap.
Verpakkingsgrootten:
Doos met 5 flacons van 4 ml (1000 doses)
Doos met 5 flacons van 20 ml (5000 doses)
Oplosmiddel
PET flessen afgesloten met een rubber stop verzegeld met een aluminium cap.
Voor spray op de kip toediening kan het oplosmiddel voor spray op de kip toediening worden gebruikt om het vaccin te verdunnen. De juiste hoeveelheid oplosmiddel wordt geleverd samen met het vaccin (100 ml voor 1000 doses, 500 ml voor 5000 doses).
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
5.5 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen van niet-gebruikte diergeneesmiddelen of afvalmateriaal voortkomend uit het gebruik van het diergeneesmiddel
Geneesmiddelen mogen niet verwijderd worden via afvalwater of huishoudelijk afval.
Maak gebruik van terugnameregelingen voor de verwijdering van ongebruikte diergeneesmiddelen of uit het gebruik van dergelijke middelen voortvloeiend afvalmateriaal in overeenstemming met de lokale voorschriften en nationale inzamelingssystemen die op het desbetreffende diergeneesmiddel van toepassing zijn.
6. NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Intervet International B.V.
7. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING(EN) VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
BE-V211321 (vaccin)
BE-V541635 (oplosmiddel)
8. DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING
Datum van eerste vergunningverlening: 03/04/2000
9. DATUM VAN DE LAATSTE HERZIENING VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
22/04/2024
10. INDELING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Diergeneesmiddel op voorschrift.
Gedetailleerde informatie over dit diergeneesmiddel is beschikbaar in de diergeneesmiddelendatabank van de Unie (https://medicines.health.europa.eu/veterinary).