1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
SIMBRINZA 10 mg/ml + 2 mg/ml oogdruppels, suspensie
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
1 ml suspensie bevat 10 mg brinzolamide en 2 mg brimonidinetartraat equivalent aan 1,3 mg brimonidine.
Hulpstof met bekend effect
Elke ml suspensie bevat 0,03 mg benzalkoniumchloride.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Oogdruppels, suspensie (oogdruppels).
Witte tot gebroken witte uniforme suspensie, pH 6,5 (ongeveer).
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Verlaging van verhoogde intra-oculaire druk (IOD) bij volwassen patiënten met openkamerhoekglaucoom of oculaire hypertensie bij wie monotherapie onvoldoende daling van de IOD geeft (zie rubriek 5.1).
4.2 Dosering en wijze van toediening
Dosering
Gebruik bij volwassenen (inclusief ouderen)
De aanbevolen dosis is tweemaal daags één druppel SIMBRINZA in het (de) aangedane oog (ogen).
Gemiste dosis
Als een dosis wordt gemist, dient de behandeling met de volgende dosis te worden voortgezet zoals gepland.
Lever- en/of nierfunctiestoornis
Er is geen onderzoek gedaan naar SIMBRINZA bij patiënten met een leverfunctiestoornis. Om die reden is voorzichtigheid geboden bij deze populatie (zie rubriek 4.4).
SIMBRINZA is niet onderzocht bij patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min) of bij patiënten met hyperchloremische acidose. Omdat de brinzolamidecomponent van SIMBRINZA en zijn metaboliet voornamelijk worden uitgescheiden door de nieren, is SIMBRINZA gecontra-indiceerd bij deze patiënten (zie rubriek 4.3).
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van SIMBRINZA bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 2 tot 17 jaar zijn niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
SIMBRINZA is wegens veiligheidsbezwaren gecontra-indiceerd bij pasgeborenen en zuigelingen/kinderen in de leeftijd tot 2 jaar om de verhoogde intra-oculaire druk (IOD) te verlagen bij openkamerhoekglaucoom of oculaire hypertensie bij wie monotherapie onvoldoende daling van de IOD geeft (zie rubriek 4.3).
Wijze van toediening
Voor oculair gebruik.
Patiënten moeten geïnstrueerd worden om het flesje vóór gebruik goed te schudden.
Wanneer nasolacrimale occlusie wordt gebruikt en de oogleden gedurende 2 minuten worden gesloten, wordt systemische absorptie verminderd. Dit kan leiden tot een afname van de systemische bijwerkingen en een toename van de lokale activiteit (zie rubriek 4.4).
Om besmetting van de druppelaartip en de oplossing te voorkomen moet worden gezorgd dat de oogleden, de omringende gebieden en andere oppervlakken niet worden aangeraakt met de druppelaartip van het flesje. Patiënten moeten geïnstrueerd worden om het flesje goed gesloten te houden als dit niet gebruikt wordt.
SIMBRINZA kan gelijktijdig worden gebruikt met andere topische oftalmische geneesmiddelen om de intra-oculaire druk te verlagen. Indien meer dan één topisch oftalmisch geneesmiddel gebruikt wordt, moeten de geneesmiddelen met een tussenperiode van minstens vijf minuten worden toegediend.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof(fen) of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Overgevoeligheid voor sulfonamiden (zie rubriek 4.4).
Patiënten die behandeld worden met monoamineoxidase (MAO)-remmers (zie rubriek 4.5).
Patiënten die antidepressiva gebruiken die invloed hebben op de noradrenerge transmissie (bijvoorbeeld tricyclische antidepressiva en mianserine) (zie rubriek 4.5).
Patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis (zie rubriek 4.4).
Patiënten met hyperchloremische acidose.
Pasgeborenen en zuigelingen/kinderen jonger dan 2 jaar (zie rubriek 4.4).
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
In klinische studies met SIMBRINZA bij een tweemaaldaagse dosering waren de meest voorkomende bijwerkingen oculaire hyperemie en oculaire allergische reacties, die bij ongeveer 6‑7% van de patiënten voorkwamen, en dysgeusie (bittere of vreemde smaak in de mond na instillatie), wat bij ongeveer 3% van de patiënten optrad.
Samenvatting van de bijwerkingen in tabelvorm
De volgende bijwerkingen werden gemeld tijdens klinische studies met SIMBRINZA bij een tweemaaldaagse dosering en tijdens klinische studies en uit postmarketingervaring met de afzonderlijke componenten brinzolamide en brimonidine. Zij worden geclassificeerd volgens de volgende conventie: zeer vaak (≥ 1/10), vaak (≥ 1/100, < 1/10), soms (≥ 1/1.000, < 1/100), zelden (≥ 1/10.000, < 1/1.000), zeer zelden (< 1/10.000), of niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Binnen iedere frequentiegroep worden de bijwerkingen gepresenteerd in volgorde van afnemende ernst.
Systeem/orgaanklasse | Bijwerkingen |
Infecties en parasitaire aandoeningen | Soms: nasofaryngitis2, faryngitis2, sinusitis2 |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen | Soms: vermindering van het aantal rode bloedcellen2, toename van chloride in het bloed2 |
Immuunsysteemaandoeningen | Soms: overgevoeligheid3 |
Psychische stoornissen | Soms: apathie2, depressie2,3, depressieve stemming2, insomnia1, verminderd libido2, nachtmerries2, zenuwachtigheid2 |
Zenuwstelselaandoeningen | Vaak: somnolentie1, duizeligheid3, dysgeusie1 |
Oogaandoeningen | Vaak: oogallergie1, keratitis1, oogpijn1, ongemak in het oog1, wazig zien1, abnormaal zien3, oculaire hyperemie1, conjunctivale verbleking3 |
Evenwichtsorgaan- en ooraandoeningen | Soms: vertigo1, tinnitus2 |
Hartaandoeningen | Soms: cardiorespiratoire uitputting2, angina pectoris2, aritmie3, hartkloppingen2,3, onregelmatige hartslag2, bradycardie2,3, tachycardie3 |
Bloedvataandoeningen | Soms: hypotensie1 |
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen | Soms: dyspneu2, bronchiale hyperactiviteit2, faryngolaryngeale pijn2, droge keel1, hoesten2, epistaxis2, verstopping van de bovenste luchtwegen2, neusverstopping1, rinorroe2, irritatie van de keel2, nasale droogte1, postnasale drip1, niezen2 |
Maagdarmstelselaandoeningen | Vaak: droge mond1 |
Lever- en galaandoeningen | Niet bekend: abnormale leverfunctietest2 |
Huid- en onderhuidaandoeningen | Soms: contactdermatitis1, urticaria2, rash2, maculo-papulaire rash2, pruritus gegeneraliseerd2, alopecia2, strakke huid2 |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen | Soms: rugpijn2, spierspasmen2, myalgie2 |
Nier- en urinewegaandoeningen | Soms: nierpijn2 |
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen | Soms: erectiele disfunctie2 |
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Soms: pijn2, ongemak ter hoogte van de borst2, abnormaal gevoel2, zich zenuwachtig voelen2, prikkelbaarheid2, medicatieresidu1 |
1 bijwerking waargenomen met SIMBRINZA |
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Dysgeusie was de meest voorkomende systemische bijwerking die werd geassocieerd met het gebruik van SIMBRINZA (3,4%). Het wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de passage van de oogdruppels in de nasofarynx via het nasolacrimaal kanaal en is hoofdzakelijk te wijten aan de brinzolamidecomponent van SIMBRINZA. Nasolacrimale occlusie of het zachtjes sluiten van het ooglid na instillatie kan het optreden van dit effect helpen verminderen (zie rubriek 4.2).
SIMBRINZA bevat brinzolamide, een sulfonamideremmer van koolzuuranhydrase met systemische absorptie. Gastro-intestinale, zenuwstelsel-, hematologische, renale en metabole effecten zijn in het algemeen geassocieerd met systemische koolzuuranhydraseremmers. Gelijksoortige bijwerkingen als die worden toegeschreven aan orale koolzuuranhydraseremmers kunnen optreden bij topische toediening.
Bijwerkingen die vaak zijn geassocieerd met de brimonidine component van SIMBRINZA zijn o.a. de ontwikkeling van oculaire allergische reacties, vermoeidheid en/of slaperigheid, en droge mond. Het gebruik van brimonidine is geassocieerd met minimale bloeddrukdalingen. Sommige patiënten die SIMBRINZA toegediend kregen, ervoeren dalingen van de bloeddruk vergelijkbaar met dalingen die werden waargenomen bij het gebruik van brimonidine als monotherapie.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via:
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
www.fagg.be
Afdeling Vigilantie:
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg-afmps.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/933/001-002
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
19.12.2024
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
3194370 | SIMBRINZA 10MG/ML + 2 MG/ML OOGDRUPPELS SUSP 3X5ML | S01EC54 | € 37,1 | - | Ja | € 9,43 | € 5,61 |