1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Exelon 4,6 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Exelon 9,5 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Exelon 13,3 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Exelon 4,6 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik geeft 4,6 mg rivastigmine per 24 uur af. Elke pleister voor transdermaal gebruik van 5 cm2 bevat 9 mg rivastigmine.
Exelon 9,5 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik geeft 9,5 mg rivastigmine per 24 uur af. Elke pleister voor transdermaal gebruik van 10 cm2 bevat 18 mg rivastigmine.
Exelon 13,3 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik geeft 13,3 mg rivastigmine per 24 uur af. Elke pleister voor transdermaal gebruik van 15 cm2 bevat 27 mg rivastigmine.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Pleister voor transdermaal gebruik
Exelon 4,6 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik is een dunne pleister voor transdermaal gebruik van het matrixtype bestaande uit drie lagen. De buitenkant van de steunlaag is beige en heeft de opdruk “Exelon”, “4.6 mg/24 h” en “AMCX”.
Exelon 9,5 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik is een dunne pleister voor transdermaal gebruik van het matrixtype bestaande uit drie lagen. De buitenkant van de steunlaag is beige en heeft de opdruk “Exelon”, “9.5 mg/24 h” en “BHDI”.
Exelon 13,3 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
Elke pleister voor transdermaal gebruik is een dunne pleister voor transdermaal gebruik van het matrixtype bestaande uit drie lagen. De buitenkant van de steunlaag is beige en heeft de opdruk “Exelon”, “13.3 mg/24 h” en “CNFU”.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Symptomatische behandeling van lichte tot matig ernstige dementie bij de ziekte van Alzheimer.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De start van en het toezicht op de behandeling dient te geschieden door een arts met ervaring in de diagnose en behandeling van dementie bij de ziekte van Alzheimer. De diagnose dient gesteld te worden aan de hand van de huidige richtlijnen. Overeenkomstig iedere behandeling die wordt geïnitieerd bij patiënten met dementie, mag de behandeling met rivastigmine slechts gestart worden als er een verzorger beschikbaar is om regelmatig het geneesmiddel aan te brengen en de behandeling te bewaken.
Dosering
Pleisters voor transdermaal gebruik | Rivastigmine in vivo afgifte per 24 u |
Exelon 4,6 mg/24 u | 4,6 mg |
Exelon 9,5 mg/24 u | 9,5 mg |
Exelon 13,3 mg/24 u | 13,3 mg |
Startdosis
De behandeling wordt gestart met 4,6 mg/24 u.
Onderhoudsdosis
Na minimaal vier weken behandeling en indien goed verdragen volgens de behandelend arts, dient de dosis van 4,6 mg/24 u verhoogd te worden naar 9,5 mg/24 u. Dit is de aanbevolen dagelijkse werkzame dosering, welke voortgezet dient te worden zolang de patiënt therapeutisch voordeel blijft vertonen.
Dosisescalatie
9,5 mg/24 u is de aanbevolen dagelijkse werkzame dosering, welke voortgezet dient te worden, zolang de patiënt therapeutisch voordeel blijft vertonen. Indien de dosering van 9,5 mg/24 u goed verdragen wordt en alleen na een minimale behandelingsduur van zes maanden, kan de behandelend arts overwegen om de dosis te verhogen naar 13,3 mg/24 u bij patiënten die een betekenisvolle cognitieve (bijv. een afname van de MMSE-score) en/of functionele (gebaseerd op de beoordeling van de arts) verslechtering hebben laten zien terwijl ze behandeld werden met de aanbevolen dagelijkse werkzame dosering van 9,5 mg/24 u (zie rubriek 5.1).
Het klinische voordeel van rivastigmine dient regelmatig opnieuw beoordeeld te worden. Indien er geen bewijs meer is van een therapeutisch effect bij de optimale dosering, dient het stopzetten van de behandeling eveneens overwogen te worden.
Indien zich gastrointestinale bijwerkingen voordoen, dient de behandeling tijdelijk gestaakt te worden, totdat deze bijwerkingen zijn verdwenen. Als de behandeling met niet meer dan drie dagen onderbroken is, kan de behandeling met een pleister voor transdermaal gebruik van dezelfde dosis worden voortgezet. Anders dient behandeling opnieuw te worden gestart met 4,6 mg/24 u en opnieuw te worden getitreerd.
Omschakelen van capsules of orale oplossing naar pleisters voor transdermaal gebruik
Gebaseerd op een vergelijkbare blootstelling tussen orale en transdermale rivastigmine (zie rubriek 5.2) kunnen patiënten, die worden behandeld met Exelon capsules of orale oplossing, als volgt worden omgezet naar Exelon pleisters voor transdermaal gebruik:
- Een patiënt op een dosis van 3 mg/dag orale rivastigmine kan worden omgezet naar 4,6 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik.
- Een patiënt op een dosis van 6 mg/dag orale rivastigmine kan worden omgezet naar 4,6 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik.
- Een patiënt op een stabiele en goed getolereerde dosis van 9 mg/dag orale rivastigmine kan worden omgezet naar 9,5 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik. Als de orale dosis van 9 mg/dag niet stabiel is en goed getolereerd wordt, wordt een omzetting naar 4,6 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik aanbevolen.
- Een patiënt op een dosis van 12 mg/dag orale rivastigmine kan worden omgezet naar 9,5 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik.
Na omzetting naar 4,6 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik, dient de dosis van 4,6 mg/24 u, op voorwaarde dat deze goed verdragen wordt na een minimale behandelingsduur van 4 weken, te worden verhoogd naar 9,5 mg/24 u, wat de aanbevolen werkzame dosering is.
Het wordt aanbevolen om de eerste pleister voor transdermaal gebruik aan te brengen op de dag nadat de laatste orale dosis is ingenomen.
Speciale populaties
- Pediatrische patiënten: er is geen relevante toepassing van Exelon bij pediatrische patiënten voor de behandeling van de ziekte van Alzheimer.
- Patiënten met een lichaamsgewicht onder de 50 kg: extra voorzichtigheid is geboden bij het titreren van patiënten met een lichaamsgewicht onder de 50 kg tot boven de aanbevolen werkzame dosering van 9,5 mg/24 u (zie rubriek 4.4). Deze patiënten kunnen meer bijwerkingen ervaren en zijn mogelijk eerder geneigd zijn de behandeling te staken als gevolg van bijwerkingen.
- Gestoorde leverfunctie: Gezien de toegenomen blootstelling bij een licht tot matig gestoorde leverfunctie zoals waargenomen bij de orale toedieningsvorm, dienen de doseringsaanbevelingen om te titreren overeenkomstig de individuele verdraagbaarheid nauwgezet te worden opgevolgd. Patiënten met een klinisch significant gestoorde leverfunctie kunnen meer dosisafhankelijke bijwerkingen ervaren. Patiënten met ernstige leverinsufficiëntie zijn niet onderzocht. Bijzondere voorzichtigheid is geboden bij het titreren bij deze patiënten (zie rubrieken 4.4 en 5.2).
- Gestoorde nierfunctie: er is geen dosisaanpassing nodig bij patiënten met een gestoorde nierfunctie (zie rubriek 5.2).
Wijze van toediening
Pleisters voor transdermaal gebruik dienen eenmaal daags aangebracht te worden op een schone, droge, haarloze, intacte gezonde huid op de onder- of bovenrug, bovenarm of borst, op een plek waarlangs geen nauwsluitende kleding wrijft. Het wordt niet aanbevolen de pleister voor transdermaal gebruik aan te brengen op de dij of de buik in verband met een verminderde biologische beschikbaarheid van rivastigmine, die is waargenomen wanneer de pleister voor transdermaal gebruik wordt aangebracht op deze plaatsen op het lichaam.
De pleister voor transdermaal gebruik dient niet aangebracht te worden op een rode, geïrriteerde of verwonde huid. Het opnieuw aanbrengen van een pleister op precies dezelfde plaats op de huid binnen 14 dagen dient vermeden te worden om het mogelijke risico op huidirritatie te voorkomen.
Patiënten en verzorgers dienen belangrijke aanbrenginstructies te krijgen:
- De pleister van de vorige dag dient iedere dag voor het aanbrengen van een nieuwe pleister verwijderd te worden (zie rubriek 4.9).
- De pleister dient na 24 uur vervangen te worden door een nieuwe. Er mag slechts één pleister tegelijkertijd gedragen worden (zie rubriek 4.9).
- De pleister dient gedurende ten minste 30 seconden stevig aangedrukt te worden met de handpalm totdat de randen goed vastplakken.
- Als de pleister loslaat, dient een nieuwe aangebracht te worden voor de rest van de dag. De nieuwe pleister dient de volgende dag op de normale tijd vervangen te worden.
- De pleister kan in alledaagse situaties gebruikt worden, ook tijdens het baden en bij warm weer.
- De pleister mag niet voor langere periodes blootgesteld worden aan externe warmtebronnen (bijv. overmatig zonlicht, sauna, zonnebank).
- De pleister mag niet in stukken worden geknipt.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof rivastigmine, voor andere carbamaatderivaten of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Eerdere geschiedenis van reacties op de aanbrengplaats die wijzen op allergische contactdermatitis bij rivastigmine pleisters (zie rubriek 4.4).
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Huidreacties op de aanbrengplaats (meestal milde tot matige erytheem op de aanbrengplaats) zijn de meest voorkomende bijwerkingen van het gebruik van Exelon pleisters voor transdermaal gebruik. De daarna meest voorkomende bijwerkingen zijn gastro-intestinale bijwerkingen, waaronder misselijkheid en braken.
Bijwerkingen in Tabel 1 zijn gerangschikt naar systeem/orgaanklassen volgens MedDRA en frequentie. De frequenties zijn gedefinieerd, gebruikmakend van de volgende afspraak: zeer vaak (≥1/10); vaak (≥1/100, <1/10); soms (≥1/1.000, <1/100); zelden (≥1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000); niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
Lijst van bijwerkingen in tabelvorm
Tabel 1 toont de bijwerkingen die gemeld zijn bij 1.670 patiënten met dementie bij de ziekte van Alzheimer die werden behandeld in gerandomiseerde, dubbelblinde, placebo- en actief-gecontroleerde klinische studies met Exelon pleisters voor transdermaal gebruik, met een duur van 24‑48 weken en in post-marketinggegevens.
Tabel 1
Infecties en parasitaire aandoeningen | ||
| Vaak | Urineweginfectie |
Voedings- en stofwisselingsstoornissen | ||
| Vaak | Anorexia, verminderde eetlust |
| Soms | Dehydratie |
Psychische stoornissen | ||
| Vaak | Angst, depressie, delirium, agitatie |
| Soms | Agressie |
| Niet bekend | Hallucinaties, rusteloosheid, nachtmerries |
Zenuwstelselaandoeningen | ||
| Vaak | Hoofdpijn, syncope, duizeligheid |
| Soms | Psychomotorische hyperactiviteit |
| Zeer zelden | Extrapyramidale symptomen |
| Niet bekend | Verergering van de ziekte van Parkinson, epileptische aanval, tremor, slaperigheid, pleurothotonus (Pisa-syndroom) |
Hartaandoeningen | ||
| Soms | Bradycardie |
| Niet bekend | Atrioventriculair blok, atriumfibrilleren, tachycardie, sick sinus syndroom |
Bloedvataandoeningen | ||
| Niet bekend | Hypertensie |
Maagdarmstelselaandoeningen | ||
| Vaak | Misselijkheid, braken, diarree, dyspepsia, buikpijn |
| Soms | Maagzweer |
| Niet bekend | Pancreatitis |
Lever- en galaandoeningen | ||
| Niet bekend | Hepatitis, verhoogde leverfunctietesten |
Huid- en onderhuidaandoeningen | ||
| Vaak | Huiduitslag |
| Niet bekend | Pruritus, erytheem, urticaria, blaren, allergische dermatitis (verspreid) |
Nier- en urinewegaandoeningen | ||
| Vaak | Urine-incontinentie |
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | ||
| Vaak | Huidreacties op de plaats van toediening (bijvoorbeeld erytheem*, pruritus*, oedeem*, dermatitis, irritatie op de aanbrengplaats), asthenische condities (bijvoorbeeld vermoeidheid, asthenie), koorts, gewichtsverlies |
| Zelden | Vallen |
*In een 24 weken durende gecontroleerde studie met Japanse patiënten werden erytheem, oedeem en pruritis op de aanbrengplaats met frequentie “zeer vaak” gemeld.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Wanneer doseringen hoger dan 13,3 mg/24 u werden gebruikt in bovengenoemde placebo-gecontroleerde studie, werden slapeloosheid en hartfalen frequenter waargenomen dan met 13,3 mg/24 u of placebo, wat een dosis-effect relatie suggereert. Met 13,3 mg/24 u pleisters voor transdermaal gebruik deden deze voorvallen zich echter niet met een hogere frequentie voor dan met placebo.
De volgende bijwerkingen zijn alleen waargenomen met Exelon capsules en orale oplossing en niet in klinische studies met pleisters voor transdermaal gebruik: malaise, verwarring, toegenomen transpiratie (vaak); duodenumulceraties, angina pectoris (zelden); gastro-intestinale bloeding (zeer zelden); en enkele gevallen van ernstig braken werden geassocieerd met oesofagusruptuur (niet bekend).
Huidirritatie
In dubbelblinde gecontroleerde klinische studies waren reacties op de toedieningsplaats meestal licht tot matig van ernst. De incidentie van huidreacties op de plaats van toediening die leidden tot het stopzetten van de behandeling was ≤2,3% bij patiënten die met Exelon pleisters voor transdermaal gebruik behandeld werden. De incidentie van huidreacties op de plaats van toediening die leidden tot het stopzetten van de behandeling was hoger in de Aziatische populatie, met 4,9% en 8,4% bij respectievelijk de Chinese en de Japanse populatie.
In twee dubbelblinde placebogecontroleerde klinische studies met een duur van 24 weken werden bij ieder bezoek huidreacties beoordeeld gebruikmakend van een huidirritatie-classificatieschaal. Wanneer een huidirritatie was waargenomen bij patiënten die behandeld werden met Exelon pleisters voor transdermaal gebruik was deze meestal gering of licht van ernst. Het werd geclassificeerd als ernstig bij ≤2,2% van de patiënten in deze studies en in ≤3,7% van de patiënten die behandeld werden met Exelon pleisters voor transdermaal gebruik in een Japanse studie.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via:
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
www.fagg.be
Afdeling Vigilantie:
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg-afmps.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Exelon 4,6 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
EU/1/98/066/019-022
EU/1/98/066/031-032
EU/1/98/066/035-038
EU/1/98/066/047-048
Exelon 9,5 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
EU/1/98/066/023-026
EU/1/98/066/033-034
EU/1/98/066/039-042
EU/1/98/066/049-050
Exelon 13,3 mg/24 u pleister voor transdermaal gebruik
EU/1/98/066/027-030
EU/1/98/066/043-046
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
11.04.2025
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2473205 | EXELON 9,5MG/24U PLEISTER TRANSDERMAAL 30 | N06DA03 | € 26,03 | - | Ja | € 6,81 | € 4,06 |
2473213 | EXELON 9,5MG/24U PLEISTER TRANSDERMAAL 90 | N06DA03 | € 62,73 | - | Ja | € 15,44 | € 9,17 |
2473221 | EXELON 4,6MG/24U PLEISTER TRANSDERMAAL 30 | N06DA03 | € 26,03 | - | Ja | € 6,81 | € 4,06 |
3036076 | EXELON 13,3MG/24U PLEISTER TRANSDERMAAL 30 | N06DA03 | € 89,7 | - | Ja | - | - |
3036084 | EXELON 13,3MG/24U PLEISTER TRANSDERMAAL 90 | N06DA03 | € 235,57 | - | Ja | - | - |