SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Norvir 100 mg filmomhulde tabletten
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Iedere filmomhulde tablet bevat 100 mg ritonavir.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Filmomhulde tablet.
Wit, ovaal en bedrukt met “NK” aan één zijde.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Ritonavir is geïndiceerd in combinatie met andere antiretrovirale middelen voor de behandeling van hiv-1 geïnfecteerde patiënten (volwassenen en kinderen van 2 jaar en ouder).
4.2 Dosering en wijze van toediening
Ritonavir moet worden toegediend door artsen die ervaren zijn in de behandeling van hiv-infectie.
Ritonavir filmomhulde tabletten worden oraal toegediend en dienen met voedsel te worden ingenomen (zie rubriek 5.2).
Norvir filmomhulde tabletten dienen in hun geheel te worden ingenomen en niet gekauwd, gebroken of vermalen te worden.
Dosering
Ritonavir gedoseerd als farmacokinetische versterker.
Wanneer ritonavir gebruikt wordt als farmacokinetische versterker met andere proteaseremmers moet de Samenvatting van de Productkenmerken van de betreffende proteaseremmer worden geraadpleegd.
De volgende hiv-1 proteaseremmers zijn goedgekeurd voor gebruik met ritonavir als farmacokinetische versterker in de aangegeven doseringen.
Volwassenen
Amprenavir 600 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags
Atazanavir 300 mg eenmaal daags met ritonavir 100 mg eenmaal daags
Fosamprenavir 700 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags
Lopinavir mg in coformulering met ritonavir (lopinavir/ritonavir) 400 mg/100 mg of 800 mg/200 mg
Saquinavir 1000 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags bij ART-ervaren patiënten. Start bij ART-naïeve patiënten de behandeling met saquinavir 500 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags gedurende de eerste 7 dagen, daarna saquinavir 1000 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags.
Tipranavir 500 mg tweemaal daags met ritonavir 200 mg tweemaal daags (tipranavir met ritonavir dient niet te worden gebruikt bij behandelings-naïeve patiënten).
Darunavir 600 mg tweemaal daags met ritonavir 100 mg tweemaal daags bij antiretrovirale behandeling (ART)-ervaren patiënten. Darunavir 800 mg eenmaal daags met ritonavir 100 mg eenmaal daags kan gebruikt worden bij sommige ART-ervaren patiënten. Zie de Samenvatting van de Productkenmerken van darunavir voor meer informatie over eenmaal daagse dosering bij ART-ervaren patiënten.
Darunavir 800 mg eenmaal daags met ritonavir 100 mg eenmaal daags bij ART-naïeve patiënten.
Kinderen en adolescenten
Ritonavir wordt aanbevolen voor kinderen van twee jaar en ouder. Zie voor verdere dosisaanbevelingen de productinformatie van andere proteaseremmers die goedgekeurd zijn voor gelijktijdige toediening met ritonavir.
Speciale populaties
Nierfunctiestoornissen
Omdat ritonavir primair wordt gemetaboliseerd door de lever kan ritonavir geschikt zijn voor voorzichtig gebruik als farmacokinetische versterker bij patiënten met nierinsufficiëntie afhankelijk van de specifieke proteaseremmer waarmee het gelijktijdig wordt toegediend. Omdat echter de renale klaring van ritonavir te verwaarlozen is, wordt de afname van de totale lichaamsklaring niet verwacht bij patiënten met een nierfunctiestoornis. Zie voor specifieke doseringsinformatie bij patiënten met een nierfunctiestoornis de Samenvatting van de Productkenmerken van de gelijktijdig toegediende proteaseremmer.
Leverfunctiestoornissen
Ritonavir moet niet worden gegeven als farmacokinetische versterker aan patiënten met gedecompenseerde leverziekte, (zie rubriek 4.3). In afwezigheid van farmacokinetisch onderzoek bij patiënten met stabiele ernstige leverfunctiestoornis (Child Pugh Grade C) zonder decompensatie is voorzichtigheid geboden als ritonavir gebruikt wordt als farmacokinetische versterker, omdat verhoogde spiegels van de gelijktijdig toegediende proteaseremmer kunnen optreden. Specifieke aanbevelingen voor gebruik van ritonavir als farmacokinetische versterker bij patiënten met een leverfunctiestoornis zijn afhankelijk van de proteaseremmer waarmee het gelijktijdig wordt toegediend. De Samenvatting van de Productkenmerken van de gelijktijdig toegediende proteaseremmer moet worden bestudeerd op specifieke doseringsinformatie voor deze patiëntenpopulatie.
Ritonavir gedoseerd als antiretroviraal middel
Volwassenen
De aanbevolen dosis van Norvir filmomhulde tabletten is tweemaal daags 600 mg (6 tabletten, in totaal 1200 mg per dag) oraal.
Het geleidelijk verhogen van de dosis ritonavir gedurende het begin van de therapie kan helpen om de tolerantie te verbeteren.
De behandeling dient te worden gestart met 300 mg (3 tabletten) tweemaal daags voor een periode van 3 dagen en verhoogd te worden met stappen van 100 mg (1 tablet) tweemaal daags tot 600 mg tweemaal daags binnen een periode van hoogstens 14 dagen. Patiënten dienen niet langer dan 3 dagen tweemaal daags 300 mg te krijgen.
Kinderen en adolescenten (2 jaar en ouder)
De aanbevolen dosering van Norvir bij kinderen is 350 mg/m² oraal tweemaal daags en dient niet meer te bedragen dan 600 mg tweemaal daags. Norvir dient te worden gestart met 250 mg/m² en te worden verhoogd in intervallen van 2 tot 3 dagen met 50 mg/m² tweemaal daags (zie de samenvatting van de productkenmerken van de Norvir 100 mg poeder voor suspensie voor oraal gebruik).
Voor oudere kinderen kan het mogelijk zijn om de onderhoudsdosering van de poeder voor suspensie voor oraal gebruik te vervangen door de tabletten.
Doseringsconversie van de poeder voor suspensie voor oraal gebruik naar tabletten voor kinderen
Poeder voor suspensie voor oraal gebruik | Dosering tabletten |
176 mg (17,6 ml) tweemaal daags | 200 mg ‘s morgens en 200 mg ‘s avonds |
262,5 mg (26,4 ml) tweemaal daags | 300 mg ‘s morgens en 300 mg ‘s avonds |
350 mg (35,0 ml) tweemaal daags | 400 mg ‘s morgens en 300 mg ‘s avonds |
438 mg (43,8 ml) tweemaal daags | 500 mg ‘s morgens en 400 mg ‘s avonds |
526 mg (52,6 ml) tweemaal daags | 500 mg ‘s morgens en 500 mg ‘s avonds |
Norvir wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen jonger dan 2 jaar vanwege het gebrek aan gegevens omtrent de veiligheid en werkzaamheid.
Speciale populaties
Ouderen
Uit farmacokinetische gegevens blijkt dat er geen doseringsaanpassing nodig is voor oudere patiënten (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornissen
Momenteel zijn er geen specifieke gegevens over deze patiëntenpopulatie en daarom kunnen er geen specifieke doseringen aanbevolen worden. De renale klaring van ritonavir is te verwaarlozen; daarom wordt een afname van de totale lichaamsklaring niet verwacht bij patiënten met een nierfunctiestoornis. Omdat ritonavir zich sterk bindt aan eiwitten, is het niet te verwachten dat het in belangrijke mate verwijderd zal worden door hemodialyse of peritoneale dialyse.
Leverfunctiestoornissen
Ritonavir wordt voornamelijk door de lever gemetaboliseerd en verwijderd.
Uit farmacokinetische gegevens blijkt dat er geen aanpassing van de dosering nodig is bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverfunctiestoornis (zie rubriek 5.2).
Ritonavir mag niet aan patiënten met ernstige leverinsufficiëntie gegeven worden (zie rubriek 4.3).
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Norvir bij kinderen jonger dan 2 jaar zijn niet vastgesteld.
De momenteel beschikbare gegevens worden beschreven in rubriek 5.1 en 5.2, maar er kan geen doseringsadvies worden gegeven.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor (één van) de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Als ritonavir gebruikt wordt als farmacokinetische versterker van andere proteaseremmers moet u de Samenvatting van de Productkenmerken van de gelijktijdig toegediende proteaseremmer raadplegen voor contra-indicaties.
Ritonavir dient niet te worden gegeven als farmacokinetische versterker of als antiretroviraal middel aan patiënten met gedecompenseerde leverziekte.
Uit in vitro en in vivo onderzoek is gebleken dat ritonavir een krachtige remmer is van biotransformaties die tot stand komen via CYP3A en CYP2D6. De volgende geneesmiddelen zijn gecontra-indiceerd bij gebruik met ritonavir en tenzij anders aangegeven is de contra-indicatie gebaseerd op de mogelijkheid van ritonavir om het metabolisme van het gelijktijdig toegediende geneesmiddel te remmen, wat leidt tot een verhoogde blootstelling aan het gelijktijdig toegediende geneesmiddel en een risico op klinisch significante bijwerkingen.
Het enzym-modulerend effect van ritonavir kan dosisafhankelijk zijn. Voor sommige producten kunnen de contra-indicaties relevanter zijn als ritonavir gebruikt wordt als antiretroviraal middel dan wanneer ritonavir gebruikt wordt als een farmacokinetische versterker (bijv. rifabutine en voriconazol):
Geneesmiddelklasse | Geneesmiddelen in de klasse | Rationale |
Spiegels van gelijktijdig toegediende geneesmiddelen verhoogd of verlaagd | ||
1-Adrenoreceptor Antagonist | Alfuzosin | Verhoogde plasmaconcentraties van alfuzosin die kunnen leiden tot ernstige hypotensie (zie rubriek 4.5). |
Analgetica | Pethidine, propoxyfeen | Verhoogde plasmaconcentraties van norpethidine en propoxyfeen. Daarbij is sprake van een verhoogd risico op ernstige ademhalingsdepressie of hematologische afwijkingen of andere ernstige bijwerkingen van deze middelen. |
Anti-angineus | Ranolazine | Verhoogde plasmaconcentraties van ranolazine wat het risico op ernstige en/of levensbedreigende reacties kan verhogen (zie rubriek 4.5). |
Oncolytica | Neratinib | Verhoogde plasmaconcentraties van neratinib wat het risico op ernstige en/of levensbedreigende reacties, inclusief hepatotoxiciteit kan verhogen (zie rubriek 4.5). |
Venetoclax | Verhoogde plasmaconcentraties van venetoclax. Verhoogd risico op tumorlysissyndroom bij de startdosering en tijdens de titratiefase (zie rubriek 4.5). | |
Anti-aritmica | Amiodaron, bepridil, dronedarone, | Verhoogde plasmaconcentraties van amiodaron, bepridil, dronedarone, encaïnide, flecaïnide, propafenon, kinidine. Daarbij is sprake van verhoging van het risico van aritmieën of andere ernstige bijwerkingen van deze middelen. |
Antibiotica | Fusidinezuur | Verhoogde plasmaconcentraties van fusidinezuur en ritonavir. |
Antimycotica | Voriconazol | Gelijktijdig gebruik van ritonavir (400 mg tweemaal daags en meer) en voriconazol is gecontra-indiceerd als gevolg van een vermindering van de voriconazolplasmaconcentraties en een mogelijk verlies van effect (zie rubriek 4.5) |
Antihistaminica | Astemizol, terfenadine | Verhoogde plasmaconcentraties van astemizol en terfenadine. Daarbij is sprake van verhoging van het risico van ernstige aritmieën als gevolg van het gebruik van deze middelen. |
Anti-jicht | Colchicine | Kans op ernstige en/of levensbedreigende reacties bij patiënten met een nier- en/of leverstoornis (zie rubriek 4.4 en 4.5). |
Antimycobacteriële middelen | Rifabutine | Gelijktijdig gebruik van ritonavir (500 mg tweemaal daags) gedoseerd als antiretroviraal middel en rifabutine als gevolg van een toename van de rifabutine serumconcentraties en van het risico van bijwerkingen waaronder uveïtis (zie rubriek 4.4). De aanbevelingen betreffende het gebruik van ritonavir gedoseerd als farmacokinetische versterker met rifabutine worden genoemd in rubriek 4.5 |
Antipsychotica/ Neuroleptica | Lurasidon | Verhoogde plasmaconcentraties van lurasidon wat het risico op ernstige en/of levensbedreigende reacties kan verhogen (zie rubriek 4.5). |
Clozapine, pimozide | Verhoogde plasmaconcentraties van clozapine en pimozide. Daarbij is sprake van verhoging van het risico van ernstige hematologische afwijkingen of andere ernstige bijwerkingen van deze middelen. | |
Quetiapine | Verhoogde plasmaconcentraties van quetiapine, welke kunnen leiden tot coma. Gelijktijdige toediening met quetiapine is gecontra-indiceerd (zie rubriek 4.5). | |
Ergotderivaten | Dihydroergotamine, ergonovine, ergotamine, methylergonovine | Verhoogde plasmaconcentraties van ergotderivaten, leidend tot acute ergottoxiciteit, waaronder vasospasme en ischemie. |
GI-motiliteit agens | Cisapride | Verhoogde plasmaconcentraties van cisapride. Daarbij is sprake van verhoging van het risico van ernstige aritmieën als gevolg van het gebruik van dit middel. |
Lipide-modificerende middelen | ||
HMG Co-A Reductaseremmers | Lovastatine, simvastatine | Verhoogde plasmaconcentraties van lovastatine en simvastatine; daarbij is sprake van verhoging van het risico van myopathie, waaronder rhabdomyolyse (zie rubriek 4.5). |
Microsomale transferproteïne | Lomitapide | Verhoogde plasmaconcentraties van lomitapide (zie rubriek 4.5). |
PDE5-remmer | Avanafil | Verhoogde plasmaconcentraties van avanafil (zie rubriek 4.4 en 4.5). |
| Sildenafil | Alleen gecontra-indiceerd bij gebruik voor de behandeling van pulmonale arteriële hypertensie (PAH). Verhoogde plasmaconcentraties van sildenafil. Daardoor wordt de kans op met sildenafil samenhangende bijwerkingen (waaronder hypotensie en syncope) verhoogd. Zie rubrieken 4.4 en 4.5 voor gelijktijdige toediening van sildenafil bij patiënten met erectiele disfunctie. |
| Vardenafil | Verhoogde plasmaconcentraties van vardenafil (zie rubriek 4.4 en 4.5). |
Sedativa/hypnotica | Clorazepaat, diazepam, estazolam, flurazepam, oraal midazolam en triazolam | Verhoogde plasmaconcentraties van clorazepaat, diazepam, estazolam, flurazepam, oraal midazolam en triazolam. Daarbij is sprake van verhoging van het risico van extreme sedatie en ademhalingsdepressie als gevolg van het gebruik van deze middelen. (Voor waarschuwing met betrekking tot parenterale toediening van midazolam, zie rubriek 4.5). |
Ritonavir geneesmiddelspiegel verlaagd | ||
Kruidenpreparaat | sint-janskruid | Kruidenpreparaten die sint-janskruid (Hypericum perforatum) bevatten, als gevolg van het risico van verlaagde plasmaconcentraties en verminderde klinische effecten van ritonavir (zie rubriek 4.5). |
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Ritonavir gedoseerd als farmacokinetische versterker
Bijwerkingen die in verband worden gebracht met het gebruik van ritonavir als farmacokinetische versterker zijn afhankelijk van de betreffende PI (proteaseremmer) die gelijktijdig wordt toegediend. Meer informatie over bijwerkingen vindt u in de SPC van de betreffende gelijktijdig toegediende PI.
Ritonavir gedoseerd als antiretroviraal middel
Bijwerkingen uit klinisch onderzoek en postmarketingervaring bij volwassen patiënten
De vaakst gemelde bijwerkingen bij patiënten die ritonavir alleen of in combinatie met andere antiretrovirale geneesmiddelen kregen, waren maagdarmstelselaandoeningen (waaronder diarree, misselijkheid, braken, buikpijn (boven en onder)), neurologische stoornissen (waaronder paresthesie en orale paresthesie) en moeheid/asthenie.
Getabelleerde lijst van bijwerkingen
De volgende bijwerkingen van een gemiddelde tot ernstige intensiteit en die mogelijk of waarschijnlijk verband houden met ritonavir, zijn gemeld. Binnen iedere frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst: zeer vaak ( 1/10); vaak ( 1/100 en < 1/10); soms ( 1/1000 en < 1/100); zelden ( 1/10.000 en < 1/1.000); niet bekend (kan niet worden bepaald met de beschikbare gegevens).
Bijwerkingen waarvoor als frequentie ‘Niet bekend’ is aangegeven, zijn bij post-marketing surveillance waargenomen.
Bijwerkingen uit klinisch onderzoek en post-marketing bij volwassen patiënten | ||
Systeem/orgaanklasse | Frequentie | Bijwerking |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen | Vaak | Verlaagd aantal witte bloedcellen, verlaagd hemoglobine, verlaagd aantal neutrofielen, verhoogd aantal eosinofielen, trombocytopenie |
Soms | Verhoogd aantal neutrofielen | |
Immuunsysteemaandoeningen | Vaak | Overgevoeligheid, inclusief urticaria en gezichtsoedeem |
| Zelden | Anafylaxie |
Voedings- en stofwisselingsstoornissen | Vaak | Hypercholesterolemie, hypertriglyceridemie, jicht, oedeem en perifeer oedeem, dehydratie (gewoonlijk samengaand met maagdarmstelselsymptomen) |
| Soms | Diabetes mellitus |
| Zelden | Hyperglykemie |
Zenuwstelselaandoeningen | Zeer vaak | Dysgeusie, orale en perifere paresthesie, hoofdpijn, duizeligheid, perifere neuropathie |
Vaak | Slapeloosheid, angst, verwarring, aandachtsstoornis, syncope, attaque | |
Oogaandoeningen | Vaak | Wazig zien |
Hartaandoeningen | Soms | Myocardinfarct |
Bloedvataandoeningen | Vaak | Hypertensie, hypotensie waaronder orthostatische hypotensie, perifere kou |
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen | Zeer vaak | Faryngitis, orofaryngeale pijn, hoesten |
Maagdarmstelselaandoeningen | Zeer vaak | Buikpijn (boven en onder), misselijkheid, diarree (waaronder ernstige diarree met een verstoorde elektrolytenbalans), braken, dyspepsie |
Vaak | Anorexie, flatulentie, mondzweren, gastro-intestinale bloedingen, gastro-oesofageale refluxziekte, pancreatitis | |
Lever- en galaandoeningen | Vaak | Hepatitis (waaronder verhoogd ASAT, ALAT, GGT), verhoogd bilirubine in het bloed (waaronder geelzucht) |
Huid- en onderhuidaandoeningen | Zeer vaak | Pruritus, huiduitslag (waaronder erythemateuze en maculopapulaire uitslag) |
| Vaak | Acne |
| Zelden | Stevens-Johnson syndroom, toxische epidermale necrolyse (TEN) |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen | Zeer vaak | Artralgie en rugpijn |
Vaak | Myositis, rhabdomyolyse, myalgie, myopathie/verhoogd CPK | |
Nier- en urinewegaandoeningen | Vaak | Vaker plassen, verslechtering van de nierfunctie (bijv. oligurie, verhoogd creatinine) |
| | |
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen | Vaak | Menorragie |
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Zeer vaak | Moeheid waaronder asthenie, blozen, het warm hebben |
Vaak | Koorts, gewichtsverlies | |
Onderzoeken | Vaak | Verhoogd amylase, verlaagd vrij en totaal thyroxine |
Soms | Verhoogd glucose, verhoogd magnesium, verhoogde alkalische fosfatase | |
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Meer dan vijfvoudige verhogingen ten opzichte van de bovengrens van de normaalwaarden van lever transaminasen, klinische hepatitis en geelzucht zijn voorgekomen bij patiënten die met ritonavir alleen of in combinatie met andere antiretrovirale middelen werden behandeld.
Metabole parameters
Het gewicht en de serumlipiden- en bloedglucosespiegels kunnen toenemen tijdens antiretrovirale behandeling (zie rubriek 4.4).
Bij met hiv-geïnfecteerde patiënten die op het moment dat de antiretrovirale combinatietherapie (CART) wordt gestart een ernstige immuundeficiëntie hebben, kan zich een ontstekingsreactie door asymptomatische of nog aanwezige opportunistische infecties voordoen. Auto-immuunziekten (zoals de ziekte van Graves en auto-immuun hepatitis) zijn ook gerapporteerd. De gerapporteerde latentietijd is echter meer variabel en de ziekten kunnen zich vele maanden na initiatie van de behandeling voordoen (zie rubriek 4.4).
Pancreatitis is waargenomen bij patiënten die met ritonavir worden behandeld, waaronder degenen die hypertriglyceridemie ontwikkelen. In sommige gevallen is dit fataal gebleken. Patiënten in een gevorderd stadium van hiv-ziekte lopen mogelijk risico op verhoogde triglyceriden en pancreatitis (zie rubriek 4.4).
Er zijn gevallen van osteonecrose gemeld, vooral bij patiënten met algemeen erkende risicofactoren, voortgeschreden hiv‑infectie of langdurige blootstelling aan antiretrovirale combinatietherapie (CART). De frequentie hiervan is onbekend (zie rubriek 4.4).
Pediatrische patiënten
Het veiligheidsprofiel van Norvir bij kinderen van 2 jaar en ouder is vergelijkbaar met dat van volwassenen.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem.
België
Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten
Afdeling Vigilantie
Postbus 97
B-1000 BRUSSEL, Madou
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
AbbVie Deutschland GmbH & Co. KG
Knollstrasse
67061 Ludwigshafen
Duitsland
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/96/016/005-007
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
12/2023
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
1
PRIJZEN
| CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2730687 | NORVIR 100 MG FILMOMH TABL 90 X 100 MG | J05AE03 | € 61,52 | - | Ja | - | - |