BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL
MASTI-kel, 300 mg + 500 mg/10 g, zalf voor intramammair gebruik bij lacterende koeien
4. FARMACOLOGISCHE GEGEVENS
4.2 Farmacodynamische eigenschappen
Procaïne benzylpenicilline of penicilline G behoort tot de klasse van de beta-lactam antibiotica.
Het interfereert met de bacteriële celwandsynthese waardoor de morfologie ervan verandert en de cel onder invloed van de osmotische krachten lyseert. Penicilline G werkt zodoende bactericide tegenover gevoelige kiemen in de delingsfase. Penicilline G is actief tegenover de grampositieve bacteriën, waaronder Staphylococcus spp. en Streptococcus spp., en tegenover de meeste anaeroben.
De activiteit tegenover gram-negatieve bacteriën is beperkt tot een aantal species.
Het belangrijkste resistentiemechanisme bij penicillines is de productie van penicillinasen gecodeerd door plasmiden. Dit type resistentie ontwikkelt gemakkelijk bij Staphylococcen, de frequentie is variabel maar in sommige regio's kan resistentie optreden in meer dan de helft van de isolaten. Sommige Staphylococcus aureus stammen (methicilline-resistente S. aureus, MRSA) zijn resistent tegen alle beta-lactams door de productie van gemodifieerde Penicilline-Bindende Eiwitten die ontstaan zijn uit mobiele genetische elementen; dit is vaak geassocieerd met resistentie tegen meerdere andere antimicrobiële stoffen.
Neomycine is een aminoglycoside antibioticum met een bactericide werking. De synthese van het bacteriële eiwit wordt door neomycine gestoord ter hoogte van de 30S ribosomale sub-eenheid. Neomycine is vooral werkzaam tegenover gramnegatieve bacteriën zoals coliforme bacteriën, en ook tegenover staphylococcen. Meestal is het niet actief tegenover streptococcen. Het is niet actief tegenover anaeroben of in anaerobe omstandigheden.
Het belangrijkste resistentiemechanisme tegenover aminoglycosiden is de productie van plasmide- gecodeerde inactiverings- of wijzigingsenzymen. Chromosomale resistentie bestaande uit wijziging van het doel, ontwikkelt traag. Er bestaat kruisresistentie tussen streptomycine, dihydrostreptomycine, neomycine, gentamicine en kanamycine. Voor E. coli is resistentie gemeld van 5 tot 10%.
4.3 Farmacokinetische eigenschappen
Na intramammaire toediening komt Penicilline G vrij en verspreidt zich in het interstitiële melkklierweefsel. De concentratie in de melk is 24 u en 48 u na de derde toediening resp. 3,18 µg/ml en 0,17 µg/ml. De in het bloed opgenomen penicilline wordt vooral via de urine uitgescheiden.
De concentratie aan Neomycine in de melk is 24 u en 72 u na de derde toediening resp. 24,95 µg/ml en 1,45 µg/ml.