Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
INCRELEX 10 mg/ml oplossing voor injectie
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml bevat 10 mg mecasermine*.
Elke injectieflacon van 4 ml bevat 40 mg mecasermine*.
*Mecasermine is een recombinant-DNA-derivaat van menselijke insulineachtige groeifactor 1 (IGF‑1), geproduceerd in Escherichia coli.
Hulpstoffen met bekend effect
Eén ml bevat 9 mg benzylalcohol.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectie).
Kleurloze tot lichtgele en heldere tot licht opaalachtige vloeistof.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Voor langdurige behandeling van groeistoornissen bij kinderen en adolescenten van 2 tot 18 jaar oud met bevestigde ernstige primaire insulineachtige-groeifactor-1-deficiëntie (primaire IGFD).
Ernstige primaire IGFD wordt gedefinieerd door:
- lengte standaarddeviatiescore -3,0 en
- basale IGF-1-spiegels lager dan het 2,5e percentiel voor leeftijd en geslacht, en
- voldoende GH (groeihormoon)
- uitsluiting van secundaire vormen van IGF-1-deficiëntie, zoals ondervoeding, hypopituïtarisme, hypothyreoïdie of chronische behandeling met farmacologische doses anti-inflammatoire steroïden.
Ernstige primaire IGFD omvat patiënten met mutaties in de GH-receptor (GHR) en de post-GHR-signaalroute en met IGF-1-gendefecten; aangezien deze patiënten niet GH-deficiënt zijn, kan niet worden verwacht dat zij adequaat op behandeling met exogeen GH reageren. In sommige gevallen, waar nodig geacht, kan de arts beslissen om de diagnose te ondersteunen middels het uitvoeren van een IGF-1 generatietest.
4.2 Dosering en wijze van toediening
Behandeling met mecasermine dient onder leiding te staan van artsen die ervaren zijn in de diagnostiek en de behandeling van patiënten met groeistoornissen.
Dosering
De dosering dient per patiënt individueel te worden aangepast. De aanbevolen startdosering mecasermine bedraagt 0,04 mg/kg lichaamsgewicht, tweemaal daags toegediend als subcutane injectie. Indien er gedurende ten minste één week geen significante bijwerkingen optreden, kan de dosis in stappen van 0,04 mg/kg worden opgevoerd tot de maximale dosering van 0,12 mg/kg tweemaal daags. Doseringen hoger dan 0,12 mg/kg tweemaal daags mogen niet worden overschreden, omdat dit het risico op neoplasie kan verhogen (zie rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8).
Wanneer de patiënt de aanbevolen dosis niet goed kan verdragen, kan een lagere dosis worden overwogen. Het succes van de behandeling dient te worden beoordeeld op basis van de lengtegroeisnelheid. De laagste dosering die wordt geassocieerd met aanzienlijke groeitoenamen op een individuele basis bedraagt 0,04 mg/kg tweemaal daags.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van mecasermine bij kinderen jonger dan 2 jaar zijn niet vastgesteld (zie rubriek 5.1). Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Daarom is dit geneesmiddel niet aanbevolen bij kinderen jonger dan 2 jaar.
Speciale populaties
Patiënten met een leverfunctiestoornis
Er zijn beperkte gegevens over de farmacokinetiek van mecasermine bij kinderen met een verminderde leverfunctie, in deze specifieke populatie van ernstige primaire IGFD-patiënten. Het is aanbevolen om de dosis per patiënt individueel aan te passen, zoals beschreven onder ‘Dosering’.
Patiënten met een nierfunctiestoornis
Er zijn beperkte gegevens over de farmacokinetiek van mecasermine bij kinderen met een verminderde nierfunctie, in deze specifieke populatie van ernstige primaire IGFD-patiënten. Het is aanbevolen om de dosis per patiënt individueel aan te passen, zoals beschreven onder ‘Dosering’.
Wijze van toediening
INCRELEX dient kort vóór of na een maaltijd of tussendoortje te worden toegediend als subcutane injectie. Als bij aanbevolen doses ondanks gebruik van voldoende voedsel een hypoglykemie ontstaat, dan dient de dosis te worden verlaagd. Als de patiënt om welke reden dan ook niet in staat is te eten, dan mag dit geneesmiddel niet worden toegediend.
Preprandiale glucosecontrole wordt aanbevolen bij de start van de behandeling en totdat een goed verdragen dosis vastgesteld is. Als frequente symptomen van hypoglykemie en/of ernstige hypoglykemie optreden, moet de bloedglucosecontrole worden voortgezet ongeacht de preprandiale toestand en indien mogelijk in geval van hypoglykemische symptomen.
De dosis mecasermine mag nimmer worden verhoogd om één of meer overgeslagen doses in te halen.
De injectieplaats dient te worden afgewisseld voor iedere injectie om lipohypertrofie te helpen voorkomen.
INCRELEX mag niet intraveneus toegediend worden.
Te nemen voorzorgen voorafgaand aan gebruik of toediening van het geneesmiddel
De oplossing moet helder zijn onmiddellijk nadat ze uit de koelkast gehaald wordt. Indien de oplossing troebel is of deeltjes bevat, mag deze niet geïnjecteerd worden.
INCRELEX dient met steriele wegwerpinjectiespuiten en -injectienaalden te worden toegediend. Het volume van de injectiespuiten dient zodanig klein te zijn dat de voorgeschreven dosis met redelijke nauwkeurigheid uit de injectieflacon kan worden opgezogen.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
INCRELEX is gecontra-indiceerd voor kinderen en jongeren met actieve of vermoede neoplasie, of elke aandoening of medische geschiedenis die het risico op goedaardige of kwaadaardige neoplasie verhoogt.
De behandeling dient te worden gestaakt als er aanwijzingen voor neoplasie ontstaan.
Omdat INCRELEX benzylalcohol bevat, mag het niet aan premature baby’s of aan neonaten worden gegeven.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Gegevens over de bijwerkingen zijn afkomstig van een totaal van 413 patiënten uit klinische studies met IGFD, onder wie 92 patiënten met ernstige primaire IGFD. Er werden ook gegevens verzameld van postmarketingbronnen.
De in de klinische studies vaakst gemelde bijwerkingen waren hoofdpijn (44%), hypoglykemie (28%), braken (26%), hypertrofie op de toedieningsplaats (17%) en otitis media (17%).
Intracraniële hypertensie/verhoogde intracraniële druk kwam voor bij 4 (0,96%) van de patiënten in de klinische studies en bij behandelingsnaïeve patiënten van 7-9 jaar.
Tijdens klinische studies in andere indicaties bij in totaal ongeveer 300 patiënten werden meldingen ontvangen van plaatselijke en/of systemische overgevoeligheid bij 8% van de patiënten. Er waren ook meldingen van systemische overgevoeligheid bij postmarketinggebruik, waarbij sommige gevallen wezen op anafylaxie. Er werden ook postmarketingmeldingen van lokale allergische reacties ontvangen.
Bij sommige patiënten kunnen ook antilichamen tegen mecasermine ontstaan. Er werd geen remming van de groei waargenomen als gevolg van de ontwikkeling van antilichamen.
Bijwerkingentabel
Tabel 1 bevat bijwerkingen die zeer vaak (≥1/10), vaak (≥1/100, <1/10) en soms (≥1/1000, <1/100) in klinische onderzoeken voorkwamen. Binnen iedere frequentiegroep worden de bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst. Andere bijwerkingen werden opgemerkt tijdens het gebruik van INCRELEX na goedkeuring. Omdat deze bijwerkingen op vrijwillige basis gemeld worden vanuit een populatie van onzekere omvang, kan hun frequentie (niet bekend) niet op betrouwbare wijze geschat worden.
Tabel 1: Bijwerkingen
Systeem/orgaanklasse | Reacties waargenomen tijdens de klinische studies | Reacties waargenomen vanuit postmarketingomgeving |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen | Vaak: Thymushypertrofie |
|
Immuunsysteemaandoeningen |
| Niet bekend: Systemische overgevoeligheid (anafylaxie, gegeneraliseerde urticaria, angio-oedeem, dyspneu) |
Voedings- en stofwisselingsstoornissen | Zeer vaak: Hypoglykemie |
|
Psychische stoornissen | Soms: Depressie, nervositeit |
|
Zenuwstelselaandoeningen | Zeer vaak: Hoofdpijn |
|
Oogaandoeningen | Vaak: Papiloedeem |
|
Evenwichtsorgaan- en ooraandoeningen | Zeer vaak: Otitis media |
|
Hartaandoeningen | Vaak: Hartgeruis, tachycardie |
|
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen | Vaak: Slaapapneusyndroom, adenoïdhypertrofie, tonsilhypertrofie, snurken |
|
Maagdarmstelselaandoeningen | Zeer vaak: Braken, bovenbuikpijn |
|
Huid- en onderhuidaandoeningen | Vaak: Huidhypertrofie, abnormale haarstructuur | Niet bekend: alopecia |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen | Zeer vaak: Artralgie, pijn in extremiteiten |
|
Neoplasmata, benigne, maligne en niet-gespecificeerd (inclusief cysten en poliepen) | Vaak: Melanocytaire naevus | Niet bekend: goedaardige en kwaadaardige neoplasmata |
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen | Vaak: Gynaecomastie |
|
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Zeer vaak: Hypertrofie van de injectieplaats, blauwe plekken op de injectieplaats |
|
Onderzoeken | Soms: Gewichtstoename |
|
Chirurgische en medische verrichtingen | Vaak: Inbrengen oorbuisjes |
|
Beschrijving van de geselecteerde bijwerkingen
Neoplasmata
Er zijn na het in de handel brengen meldingen geweest van goedaardige en kwaadaardige neoplasmata bij kinderen en jongeren tot 18 jaar die behandeld werden met INCRELEX. Deze gevallen betroffen uiteenlopende maligniteiten en ook zeldzame maligniteiten, die gewoonlijk niet bij kinderen worden waargenomen (zie rubrieken 4.4 en 4.3).
Systemische/lokale overgevoeligheid
Klinische studie
Tijdens klinische studies in andere indicaties (bij in totaal ongeveer 300 patiënten) rapporteerde 8% van de patiënten een lokale en/of systemische overgevoeligheidsreactie. Alle gevallen waren van lichte tot matige ernst en geen enkel geval was ernstig.
Postmarketingmeldingen
Systemische overgevoeligheid omvatte symptomen zoals anafylaxie, gegeneraliseerde urticaria, angio-oedeem en dyspneu. De symptomen indicatief voor anafylaxie omvatten urticaria, angio-oedeem en dyspneu. Sommige patiënten moesten gehospitaliseerd worden. Bij opnieuw toedienen traden de symptomen niet bij alle patiënten opnieuw op. Er waren ook meldingen van lokale allergische reacties op de injectieplaats. Het ging daarbij meestal om pruritus en urticaria.
Hypoglykemie
Van de 115 (28%) proefpersonen die één of meerdere episodes van hypoglykemie hadden, vertoonden 6 proefpersonen één- of meermaals een hypoglykemisch insult. Symptomatische hypoglykemie werd doorgaans vermeden door gebruik van een maaltijd of tussendoortje kort vóór of na toediening van INCRELEX.
Hypertrofie op de injectieplaats
Deze reactie kwam voor bij 71 (17%) proefpersonen uit de klinische studies en was doorgaans het gevolg van het niet regelmatig afwisselen van de injectieplaatsen. De toestand verdween bij afwisselen van de injectieplaats.
Tonsillaire hypertrofie
Dit werd vastgesteld bij 38 (9%) proefpersonen, met name tijdens de eerste 1 tot 2 jaar behandeling, met minder tonsillaire groei tijdens de daaropvolgende jaren.
Snurken
Dit kwam doorgaans voor tijdens het eerste behandelingsjaar en werd gemeld bij 30 proefpersonen (7%).
Intracraniële hypertensie/verhoogde intracraniële druk
Dit kwam voor bij 4 proefpersonen (0,96%); bij twee proefpersonen werd de behandeling met INCRELEX onderbroken en niet herstart; bij twee proefpersonen trad het voorval niet opnieuw op na herstarten van INCRELEX met een lagere dosis. Alle 4 proefpersonen herstelden zonder gevolgen.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via:
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten. www.fagg.be. Afdeling Vigilantie: Website: www.eenbijwerkingmelden.be, e-mail: adr@fagg-afmps.be.
Nederland
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. Website: www.lareb.nl.
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Ipsen Pharma
65, quai Georges Gorse
92100 Boulogne-Billancourt
Frankrijk
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/07/402/001
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Oktober 2023
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2441368 | INCRELEX 10MG/ML OPL INJ FL INJ 4ML | H01AC03 | - | € 480,3 | Ja | - | - |