SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Zelitrex 500 mg filmomhulde tabletten
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Zelitrex 500 mg filmomhulde tabletten:
Iedere tablet bevat 500 mg valaciclovir, als valaciclovirhydrochloride.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Filmomhulde tablet.
500 mg tablet: witte, biconvexe, langwerpige tablet met witte tot gebroken witte kern en de gravering "GX CF1" aan één zijde.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Varicella zoster virus (VZV-) infecties – herpes zoster
Zelitrex is geïndiceerd voor de behandeling van herpes zoster (gordelroos) en oftalmische zoster bij immunocompetente volwassenen (zie rubriek 4.4).
Zelitrex is geïndiceerd voor de behandeling van herpes zoster bij volwassen patiënten met een lichte tot matige immunosuppressie (zie rubriek 4.4).
Herpes simplex virus (HSV-)infecties
Zelitrex is geïndiceerd voor
- de behandeling en onderdrukking van HSV-infecties van de huid en slijmvliezen, inclusief
- behandeling van een eerste episode van herpes genitalis bij immunocompetente volwassenen en adolescenten en bij immunogecompromitteerde volwassenen
- behandeling van recidiverende herpes genitalis bij immunocompetente volwassenen en adolescenten en bij immunogecompromitteerde volwassenen
- onderdrukking van recidiverende herpes genitalis bij immunocompetente volwassenen en adolescenten en bij immunogecompromitteerde volwassenen.
- de behandeling en onderdrukking van recidiverende oculaire HSV-infecties bij immunocompetente volwassenen en adolescenten en bij immunogecompromitteerde volwassenen (zie rubriek 4.4).
Er is geen klinisch onderzoek uitgevoerd bij HSV-geïnfecteerde patiënten die vanwege andere oorzaken dan een HIV-infectie immunogecompromitteerd waren (zie rubriek 5.1).
Cytomegalovirus (CMV) infecties
Zelitrex is geïndiceerd voor de profylaxe van CMV-infectie en -ziekte als gevolg van solide-orgaantransplantaties bij volwassenen en adolescenten (zie rubriek 4.4).
4.2 Dosering en wijze van toediening
Varicella zoster virus (VZV) infecties – herpes zoster en oftalmische zoster
Patiënten moet worden geadviseerd om zo snel mogelijk na het diagnosticeren van herpes zoster met de behandeling te beginnen. Er zijn geen gegevens beschikbaar over behandeling die meer dan 72 uur na het optreden van de eerste uitslag van zoster is ingezet.
Immunocompetente volwassenen
De dosering bij immunocompetente patiënten is driemaal daags 1.000 mg gedurende 7 dagen (totale dagelijkse dosis 3.000 mg). Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”).
Immunogecompromitteerde volwassenen
De dosering bij immunogecompromitteerde patiënten is driemaal daags 1.000 mg gedurende ten minste 7 dagen (totale dagelijkse dosis 3.000 mg) en gedurende 2 dagen na het ontstaan van korsten op de laesies. Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”).
Bij immunogecompromitteerde patiënten wordt een antivirale behandeling voorgesteld bij patiënten binnen een week na de vorming van de blaasjes of op elk tijdstip vóór de volledige korstvorming van de laesies.
Behandeling van herpes simplex virus (HSV-) infecties bij volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar)
Immunocompetente volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar)
De dosering is tweemaal daags 500 mg Zelitrex (dagelijkse dosis 1.000 mg). Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”).
Voor recidiverende episodes moet drie tot vijf dagen worden behandeld. Voor initiële episodes, die ernstiger van aard kunnen zijn, kan het noodzakelijk zijn de behandeling te verlengen naar 10 dagen. De behandeling moet zo snel mogelijk worden begonnen. Voor recidiverende episodes van herpes simplex is dit bij voorkeur gedurende het prodromale stadium of onmiddellijk na het verschijnen van de eerste klachten of symptomen van een infectie. Zelitrex kan het ontstaan van laesies voorkomen wanneer het wordt gebruikt bij de eerste klachten en symptomen van een recidiverende HSV-infectie.
Herpes labialis
Voor herpes labialis (koortslip) is bij volwassenen en adolescenten tweemaal daags 2000 milligram valaciclovir gedurende 1dag een effectieve behandeling. De tweede dosis moet circa 12 uur (maar minstens 6 uur) na de eerste dosis worden ingenomen. Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”).
Wanneer dit doseringsschema wordt gebruikt mag de behandeling nooit langer dan 1 dag duren, omdat aangetoond is dat langere behandeling geen extra klinisch effect heeft. De behandeling moet worden begonnen bij de eerste tekenen van een koortslip (zoals prikkelend, jeukend of branderig gevoel).
Immunogecompromitteerde volwassenen
Voor behandeling van HSV bij immunogecompromitteerde volwassenen is de dosering tweemaal daags 1.000 milligram gedurende ten minste 5 dagen, na beoordeling van ernst van de klinische conditie en immunologische status van de patiënt. Bij initiële episodes, die ernstiger kunnen zijn, is het mogelijk dat de behandeling tot 10 dagen uitgebreid moet worden. De behandeling moet zo snel worden mogelijk. Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”). Voor een maximaal klinisch effect moet de behandeling binnen 48 uur worden gestart. Het wordt aangeraden de ontwikkeling van de laesies nauwkeurig te controleren.
Onderdrukken van recidieven van herpes simplex virus (HSV) infecties bij volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar)
Immunocompetente volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar)
De dosering is eenmaal daags 500 mg Zelitrex. Sommige patiënten met zeer frequente recidieven (≥ 10 per jaar zonder behandeling) kunnen een extra voordeel behalen als zij de dagelijkse dosering van 500 mg innemen als gedeelde doses (tweemaal daags 250 mg). Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”). De behandeling moet na 6 tot 12 maanden therapie worden herbeoordeeld.
Immunogecompromitteerde volwassenen
De dosering is tweemaal daags 500 mg Zelitrex. Deze dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”). De behandeling moet na 6 tot 12 maanden therapie worden herbeoordeeld.
Profylaxe van cytomegalovirus (CMV-) infectie en -ziekte bij volwassenen en adolescenten (≥ 12 jaar)
De dosering van Zelitrex is viermaal daags 2.000 mg, te beginnen zo snel mogelijk na de transplantatie. De dosering moet worden verminderd in functie van de creatinineklaring (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”).
De behandelingsduur is meestal 90 dagen, maar het kan noodzakelijk zijn deze te verlengen bij hoogrisicopatiënten.
Bijzondere populaties
Ouderen
De mogelijkheid dat bij ouderen de nierfunctie is verminderd moet worden overwogen en zo nodig moet de dosering dienovereenkomstig worden aangepast (zie hieronder bij “Verminderde nierfunctie”). Er moet worden gezorgd voor voldoende vochtinname/toediening.
Verminderde nierfunctie
Voorzichtigheid is geboden wanneer Zelitrex wordt toegediend aan patiënten met een verminderde nierfunctie. Er moet worden gezorgd voor voldoende vochtinname/toediening.
Bij patiënten met een verminderde nierfunctie moet de dosering worden verlaagd zoals hieronder aangegeven in tabel 1.
Bij intermitterende hemodialysepatiënten moet Zelitrex worden toegediend na afloop van de hemodialyse. De creatinineklaring moet frequent worden gecontroleerd, zeker gedurende de perioden dat de nierfunctie snel veranderd, zoals bijvoorbeeld onmiddellijk na niertransplantatie of
-implantatie. De Zelitrex dosering moet dienovereenkomstig worden aangepast.
Verminderde leverfunctie
Onderzoeken met een dosering van 1.000 mg valaciclovir bij volwassen patiënten heeft aangetoond dat doseringsaanpassingen niet nodig zijn bij patiënten met lichte tot matige cirrose (levermetabolismefunctie is behouden). Farmacokinetische gegevens bij volwassen patiënten met gevorderde cirrose (levermetabolismefunctie is verminderd en er is bewijs van portale systemische shunt) wijzen niet op de noodzaak voor doseringsaanpassing; echter de klinische ervaring is beperkt.
Raadpleeg rubriek 4.4 voor hogere doseringen (4.000 mg of meer per dag).
Tabel 1: DOSERINGSAANPASSING BIJ VERMINDERDE NIERFUNCTIE
Therapeutische indicatie | Creatinineklaring (ml/min) | Dosering |
Varicella-Zoster Virus-(VZV-)infecties |
|
|
Behandeling van herpes zoster (gordelroos) | ≥ 50 | 1.000 mg driemaal daags |
Herpes Simplex Virus-(HSV-)infecties |
|
|
Behandeling van HSV-infecties |
|
|
- immunocompetente volwassenen en | 30 | 500 mg tweemaal daags |
- immunogecompromitteerde | 30 | 1.000 mg tweemaal daags |
Behandeling van herpes labialis (koortslip) bij immunocompetente volwassenen en adolescenten | 50 | 2.000 mg tweemaal op 1 dag |
Onderdrukken van HSV-infecties |
|
|
- immunocompetente volwassenen en | 30 | 500 mg eenmaal daags b |
- immunogecompromitteerde | 30 | 500 mg tweemaal daags |
Cytomegalovirus-(CMV-)infecties |
|
|
CMV-profylaxe bij volwassen en adolescente ontvangers na een solide-orgaantransplantatie | 75 | 2.000 mg viermaal daags |
a Voor patiënten op intermitterende hemodialyse moet de dosering worden toegediend na de dialyse op dialysedagen. |
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Zelitrex bij kinderen jonger dan 12 jaar zijn niet vastgesteld.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor valaciclovir of aciclovir of voor de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.8 Bijwerkingen
De vaakst voorkomende bijwerkingen die zijn gemeld voor ten minste één indicatie bij patiënten die in klinisch onderzoek met Zelitrex werden behandeld, waren hoofdpijn en misselijkheid. Ernstiger bijwerkingen zoals trombotische trombocytopenische purpura/hemolytisch-uremisch syndroom, acuut nierfalen, neurologische afwijkingen en DRESS (zie rubriek 4.4) worden gedetailleerder besproken in andere gedeeltes van deze tekst.
De bijwerkingen worden hieronder weergegeven per systeem/orgaanklasse en per frequentie.
De volgende frequentiecategorieën worden gebruikt voor de classificatie van de bijwerkingen:
zeer vaak 1/10
vaak 1/100 tot < 1/10
soms 1/1.000 tot < 1/100
zelden 1/10.000 tot < 1/1.000
zeer zelden < 1/10.000
Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
Gegevens uit klinisch onderzoek zijn gebruikt voor het bepalen van de frequentiecategorieën van de bijwerkingen wanneer er, in het onderzoek, een verband was aangetoond met valaciclovir.
Voor bijwerkingen die werden waargenomen tijdens postmarketing, maar niet in klinisch onderzoek, is de meest conservatieve waarde van een puntschatting (“regel van drie”) gebruikt om de frequentiecategorie van de bijwerking te bepalen. Voor bijwerkingen waarvan een verband met valaciclovir werd aangetoond tijdens postmarketing onderzoek en die werden waargenomen in klinisch onderzoek, is de incidentie tijdens het onderzoek gebruikt om de frequentiecategorie te bepalen. De veiligheidsgegevensbank van het klinisch onderzoek berust op de gegevens van 5.855 patiënten die in klinisch onderzoek valaciclovir hebben ontvangen voor verscheidene indicaties (behandeling van herpes zoster, behandeling/onderdrukking van herpes genitalis & behandeling van een koortslip).
Klinische onderzoeksgegevens
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak: hoofdpijn
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak: misselijkheid
Postmarketinggegevens
Bloed en lymfestelselaandoeningen
Soms: leukopenie, trombocytopenie
Leukopenie is vooral gemeld bij immunogecompromitteerde patiënten.
Immuunsysteemaandoeningen
Zelden: anafylaxie
Psychische stoornissen en zenuwstelselaandoeningen
Vaak: duizeligheid
Soms: verwardheid, hallucinaties, verminderd bewustzijn, tremor, agitatie
Zelden: ataxie, dysartrie, convulsies, encefalopathie, coma, psychotische symptomen, delirium.
Neurologische aandoeningen, soms ernstig, kunnen in verband worden gebracht met encefalopathie en onder meer verwarring, agitatie, convulsies, hallucinaties en coma inhouden. Deze bijwerkingen zijn doorgaans omkeerbaar en worden meestal gezien bij patiënten met een verminderde nierfunctie of met andere omstandigheden waardoor de patiënten meer vatbaar zijn (zie rubriek 4.4). Bij patiënten die na een orgaantransplantatie hoge doseringen Zelitrex kregen (8.000 mg per dag) ter preventie van CMV-infecties, kwamen neurologische reacties vaker voor dan bij patiënten die met een lagere dosering voor andere indicaties werden behandeld.
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Soms: dyspneu
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak: braken, diarree
Soms: abdominaal ongemak
Lever- en galaandoeningen
Soms: reversibele verhoging bij leverfunctietesten (bijvoorbeeld bilirubine,
leverenzymen)
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak: huiduitslag inclusief fotosensitiviteit, pruritus
Soms: urticaria
Zelden: angio-oedeem
Niet bekend: geneesmiddelenreactie met eosinofilie en systemische symptomen (DRESS) (zie rubriek 4.4)
Nier- en urinewegaandoeningen
Soms: nierpijn, hematurie (vaak geassocieerd met andere renale voorvallen)
Zelden: verminderde nierfunctie, acuut nierfalen (in het bijzonder bij oudere patiënten of
bij patiënten met een verminderde nierfunctie die hogere dan de aanbevolen
doseringen krijgen)
Niet bekend: tubulo-interstitiële nefritis
Nierpijn kan samenhangen met nierfalen.
Er is ook intratubulaire neerslag van aciclovirkristallen in de nieren gemeld. Tijdens de behandeling moet er voldoende vocht worden toegediend/ingenomen (zie rubriek 4.4).
Aanvullende informatie over bijzondere patiëntengroepen
Er zijn meldingen van nierinsufficiëntie, micro-angiopathische hemolytische anemie en trombocytopenie (soms in combinatie) bij ernstig immunogecompromitteerde volwassen patiënten, met name patiënten in een vergevorderd stadium van HIV, die hoge doses (8.000 mg per dag) valaciclovir gedurende langere perioden in klinisch onderzoek ontvingen. Deze bevindingen zijn ook waargenomen bij patiënten, die niet behandeld werden met valaciclovir, maar die dezelfde onderliggende of overeenkomstige aandoeningen hadden.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem:
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
Afdeling Vigilantie
Postbus 97
1000 Brussel
Madou
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Pharmaceuticals s.a./n.v.
Avenue Fleming, 20
B-1300 Wavre
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
BE181036
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
11/2023
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig |
---|---|---|---|---|---|
1253848 | ZELITREX 500 TABL 42X500MG | J05AB11 | € 53,89 | - | Ja |
1395995 | ZELITREX 500 TABL 10X500MG | J05AB11 | € 39,17 | - | Ja |