1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Bravecto 112,5 mg kauwtabletten voor zeer kleine honden (2 - 4,5 kg)
Bravecto 250 mg kauwtabletten voor kleine honden (>4,5 - 10 kg)
Bravecto 500 mg kauwtabletten voor middelgrote honden (>10 - 20 kg)
Bravecto 1000 mg kauwtabletten voor grote honden (>20 - 40 kg)
Bravecto 1400 mg kauwtabletten voor extra grote honden (>40 - 56 kg)
4. FARMACOLOGISCHE GEGEVENS
4.1 ATCvet-code: QP53BE02
4.2 Farmacodynamische eigenschappen
Fluralaner is een acaricide en een insecticide. Het is werkzaam tegen teken (Ixodes spp., Dermacentor spp. en Rhipicephalus sanguineus), vlooien (Ctenocephalides spp.), Demodex canis mijten en schurftmijt (Sarcoptes scabiei var. canis) bij de hond.
Fluralaner vermindert het risico op infectie met Babesia canis canis door transmissie via Dermacentor reticulatus, door de teken binnen 48 uur te doden voordat transmissie van de ziekte plaatsvindt.
Fluralaner vermindert het risico op infectie met D. caninum door transmissie via Ctenocephalides felis, door de vlooien te doden voordat transmissie van de ziekte plaatsvindt.
Binnen 8 uur na aanhechting van vlooien (C. felis) en binnen 12 uur na aanhechting van I. ricinus en binnen 48 uur na aanhechting van D. reticulatus teken treedt het effect op. Het begin van de acaricide werkzaamheid tegen I. hexagonus-teken werd 7 dagen na de behandeling aangetoond.
Fluralaner is zeer potent tegen teken en vlooien door blootstelling tijdens het voeden, m.a.w. het is systemisch werkzaam tegen de doelparasieten.
Fluralaner is een sterke remmer van delen van het zenuwstelsel van geleedpotigen door de antagonistische werking op ligandafhankelijke chloridekanalen (GABA-receptor en glutamaat-receptor).
Bij moleculaire on target studies op GABA receptoren van de vlo en de vlieg wordt fluralaner niet beïnvloed door dieldrinresistentie.
Bij in vitro bio-assays wordt fluralaner niet beïnvloed door bewezen veldresistentie tegen amidines (teken), organofosfaten (teken, mijten), cyclodiënes (teken, vlooien, vliegen), macrocyclische lactonen (zeeluizen), fenylpyrazolen (teken, vlooien), benzofenyl urea (teken), pyrethroïden (teken, mijten) en carbamaten (mijten).
Het diergeneesmiddel draagt bij aan de beheersing van de vlooienpopulatie in de omgeving waar de behandelde honden toegang tot hebben.
Nieuwe vlooien op een hond worden gedood voordat ze levensvatbare eitjes kunnen produceren. Een in vitro studie laat tevens zien dat een zeer lage concentratie van fluralaner de productie van levensvatbare eitjes bij vlooien stopt.
De levenscyclus van de vlo wordt doorbroken door het snelle en langdurige effect tegen volwassen vlooien op het dier en de afwezigheid van de productie van levensvatbare eieren.
4.3 Farmacokinetische eigenschappen
Na orale toediening wordt fluralaner snel opgenomen waarbij maximale plasmaconcentraties binnen 1 dag worden bereikt. Voedsel vergroot de opname. Fluralaner wordt systemisch verdeeld en bereikt de hoogste concentraties in vet, gevolgd door de lever, nieren en spieren. De langdurige aanwezigheid en langzame eliminatie uit het plasma (t1/2 = 12 dagen) en het gebrek aan een uitgebreid metabolisme resulteren in effectieve concentraties van fluralaner voor de duur van het doseringsinterval. Individuele variatie in Cmax en t1/2 werd waargenomen. De belangrijkste eliminatieroute is de uitscheiding van onveranderd fluralaner in faeces (~90% van de dosis). Uitscheiding via de nieren is een minder belangrijke eliminatieroute.