1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pantomed 40 mg poeder voor oplossing voor injectie
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Iedere injectieflacon bevat 40 mg pantoprazol (als natriumpantoprazol).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Poeder voor oplossing voor injectie.
Bijna witte tot witte droge substantie.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Pantomed is geïndiceerd voor gebruik bij volwassenen voor:
- Refluxoesofagitis.
- Maag- en duodenumulcus.
- Zollinger-Ellison‑syndroom en andere aandoeningen die gepaard gaan met pathologische hypersecretie.
4.2 Dosering en wijze van toediening
Dit geneesmiddel dient alleen toegediend te worden door een medisch beroepsbeoefenaar en onder gepast medisch toezicht.
Intraveneuze toediening van Pantomed wordt alleen aanbevolen, indien orale toediening niet geschikt is. Gegevens over intraveneus gebruik tot 7 dagen zijn beschikbaar. Daarom dient, zodra orale therapie mogelijk is, de toediening van Pantomed i.v. te worden beëindigd en dient in plaats daarvan 40 mg pantoprazol oraal te worden toegediend.
Dosering
Duodenumulcus, maagulcus, refluxoesofagitis
De aanbevolen intraveneuze dosering bedraagt één injectieflacon Pantomed (40 mg pantoprazol) per dag.
Zollinger-Ellison‑syndroom en andere aandoeningen die gepaard gaan met pathologische hypersecretie
Voor de langdurige behandeling van Zollinger-Ellison‑syndroom en andere aandoeningen die gepaard gaan met pathologische hypersecretie dienen patiënten hun behandeling te starten met een dagelijkse dosis van 80 mg Pantomed. Daarna kan de dosering, op geleide van maagzuurbepalingen, naar behoefte naar boven of beneden aangepast worden. Dosissen boven 80 mg per dag moeten worden verdeeld over twee giften per dag. Een tijdelijke verhoging van de dosering boven 160 mg pantoprazol is mogelijk, maar dient niet langer dan nodig is toegepast te worden om een adequate zuurcontrole te bereiken.
Wanneer een snelle zuurcontrole nodig is, is een startdosis van 2 x 80 mg Pantomed voldoende om in de meerderheid van de patiënten binnen één uur een vermindering van zuurafgifte te bereiken binnen het doelbereik (< 10 mEq/h).
Specifieke populaties
Patiënten met leverfunctiestoornissen
Een dagelijkse dosis van 20 mg pantoprazol (de helft van een injectieflacon met 40 mg pantoprazol) mag niet overschreden worden bij patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen (zie rubriek 4.4).
Patiënten met nierfunctiestoornissen
Bij patiënten met nierfunctiestoornissen is een dosisaanpassing niet nodig (zie rubriek 5.2).
Ouderen
Bij oudere patiënten is een dosisaanpassing niet nodig (zie rubriek 5.2).
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Pantomed bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Pantomed 40 mg poeder voor oplossing voor injectie wordt daarom niet aanbevolen bij patiënten jonger dan 18 jaar.
De huidige beschikbare gegevens worden beschreven in rubriek 5.2 maar er kan geen aanbeveling omtrent de posologie gedaan worden.
Wijze van toediening
Een gebruiksklare oplossing wordt bereid in 10 ml van een 9 mg/ml (0,9%) natriumchlorideoplossing voor injectie. Voor bereidingsinstructies, zie rubriek 6.6. De bereide oplossing kan direct worden toegediend, maar kan ook worden toegediend na menging met 100 ml natriumchlorideoplossing 9 mg/ml (0,9%) of een 55 mg/ml glucose-oplossing (5%) voor injectie.
Na bereiding moet de oplossing binnen 12 uur gebruikt worden.
Het geneesmiddel dient intraveneus toegediend te worden in 2 tot 15 minuten.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel, gesubstitueerde benzimidazolen of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.8 Bijwerkingen
Er kan verwacht worden dat ongeveer 5% van de patiënten bijwerkingen ervaart.
De tabel hieronder geeft de gerapporteerde bijwerkingen met pantoprazol weer, gerangschikt volgens onderstaande frequentieclassificatie: zeer vaak (≥ 1/10); vaak (≥ 1/100, < 1/10); soms (≥ 1/1.000, < 1/100); zelden (≥ 1/10.000, < 1/1.000); zeer zelden (< 1/10.000), niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
Binnen iedere frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst.
Tabel 1. Bijwerkingen met pantoprazol in klinische studies en post-marketing ervaring
Frequentie
Systeem/ | Vaak | Soms | Zelden | Zeer zelden | Niet bekend |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen |
|
| Agranulocytose | Trombocytopenie; |
|
Immuunsysteemaandoeningen |
|
| Overgevoeligheid (inclusief anafylactische reacties en anafylactische shock) | |
|
Voedings- en stofwisselingsstoornissen |
|
| Hyperlipidemie en toename van lipiden (triglyceriden, cholesterol); Gewichts-veranderingen |
| Hyponatriëmie; |
Psychische stoornissen |
| Slaapstoornissen | Depressie (en alle verergeringen) | Desoriëntatie (en alle verergeringen) | Hallucinaties; |
Zenuwstelselaandoeningen |
| Hoofdpijn; | Smaakstoornissen |
| Paresthesie |
Oogaandoeningen |
|
| Stoornissen van het gezichtsvermogen/wazig zien |
|
|
Maagdarmstelselaandoeningen | Fundic gland poliepen (benigne) | Diarree; |
|
| Microscopische colitis |
Lever- en galaandoeningen |
| Verhoogde leverenzymen (transaminasen, γ-GT) | Verhoogde bilirubine |
| Hepatocellulaire schade; |
Huid- en onderhuid- |
| Rash/exantheem/erupties; | Urticaria; |
| Stevens-Johnson syndroom; |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen |
| Heup-, pols- of wervelfractuur (zie rubriek 4.4) | Artralgie; |
| Spierspasmen(2) |
Nier- en urinewegaandoeningen |
|
|
|
| Tubulo-interstitiële nefritis (TIN) (met mogelijke progressie tot nierfalen) |
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen |
|
| Gynaecomastie |
|
|
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Tromboflebitis op de plaats van injectie | Asthenie, vermoeidheid en gevoel van onwel zijn | Verhoogde lichaams-temperatuur; |
|
|
- Hypocalciëmie en/of hypokaliëmie kan in verband worden gebracht met hypomagnesiëmie (zie rubriek 4.4)
- Spierspasmen ten gevolge van een onbalans van elektrolyten
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem:
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
www.fagg.be
Afdeling Vigilantie:
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg-afmps.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Takeda Belgium
L. Da Vincilaan 7
1930 Zaventem
België
8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
BE318297
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Goedkeuringsdatum: 01/2025
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2557239 | PANTOMED PDR SOL INJ. 40MG FL 1 | A02BC02 | - | € 1,66 | Ja | - | - |