- Overzicht bijsluiters
- Bijsluiter
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Vabysmo 120 mg/ml oplossing voor injectie
faricimab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts.
Inhoud van deze bijsluiter
1. WAT IS VABYSMO EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?
Wat is Vabysmo en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Vabysmo bevat de werkzame stof faricimab die hoort bij de groep die antineovascularisatiemiddelen worden genoemd.
Vabysmo wordt door uw arts in het oog geïnjecteerd voor de behandeling van volwassenen met de volgende oogaandoeningen:
- neovasculaire (natte) leeftijdsgebonden maculadegeneratie (natte LMD),
- verslechtering van het gezichtsvermogen als gevolg van diabetisch macula-oedeem (DME),
- verslechtering van het gezichtsvermogen als gevolg van retinale veneuze occlusies (RVO) (veneuze takocclusie (branch RVO, BRVO) of retinale veneuze stamocclusie (central RVO, CRVO)).
Deze aandoeningen tasten de macula aan. De macula (of gele vlek) is het centrale deel van het netvlies, de lichtgevoelige laag aan de achterkant van het oog. De macula zorgt ervoor dat u in het midden scherp ziet (centraal zicht). Natte LMD wordt veroorzaakt door de groei van afwijkende bloedvaten die bloed en vocht in de macula lekken. DME wordt veroorzaakt door lekkende bloedvaten die zwelling van de macula veroorzaken. CRVO is de blokkering van het hoofdbloedvat (ader) dat bloed wegvoert van het netvlies. BRVO is de blokkering van een van de kleinere vertakkingen van het hoofdbloedvat. Door de verhoogde druk in deze bloedvaten lekt er vloeistof in het netvlies, wat zwelling van de macula (macula-oedeem) veroorzaakt.
Hoe werkt dit middel?
Dit middel herkent en stopt specifiek de activiteit van 2 eiwitten: angiopoëtine‑2 en vasculaire endotheliale groeifactor A. Wanneer deze eiwitten in grotere hoeveelheden aanwezig zijn dan normaal, kunnen ze de groei van afwijkende bloedvaten en/of schade aan de normale bloedvaten veroorzaken. Hierdoor lekt vocht in de macula, wat zwelling of schade kan veroorzaken. Dit kan een negatieve invloed hebben op het gezichtsvermogen van een persoon. Het middel kan zich aan deze eiwitten binden en hun werking stoppen en zo afwijkende groei van bloedvaten, lekkage en zwelling voorkomen. Dit middel kan de ziekte verbeteren en/of verergering van de ziekte vertragen. Hierdoor kan uw gezichtsvermogen behouden blijven of zelfs verbeteren.
2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET TOEGEDIEND KRIJGEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN?
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen?
- U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
- U heeft een actieve infectie of denkt dat u een infectie heeft in of rond het oog.
- U heeft pijn of roodheid in uw oog (oogontsteking).
Vertel het aan uw arts als bovenstaande op u van toepassing is, want dan mag u geen Vabysmo toegediend krijgen.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel krijgt toegediend als:
- u glaucoom heeft (een oogaandoening die meestal wordt veroorzaakt door hoge oogdruk).
- u een voorgeschiedenis heeft van lichtflitsen zien of zwevers (puntjes en vlekken voor de ogen mouches volantes) en als u plotseling meer en grotere zwevers ziet.
- u in de afgelopen 4 weken een oogoperatie heeft gehad of als er in de komende 4 weken een oogoperatie is gepland.
- u ooit eerder oogaandoeningen of oogbehandelingen heeft gehad.
Vertel het uw arts onmiddellijk als:
- u plotseling verlies van gezichtsvermogen heeft.
- u last krijgt van tekenen van een mogelijke ooginfectie of oogontsteking. Dit kunnen onder andere zijn: toegenomen roodheid van het oog, oogpijn, toegenomen ongemak in het oog, wazig zien of verminderd gezichtsvermogen, een toegenomen aantal kleine deeltjes in uw zicht, toegenomen gevoeligheid voor licht.
Verder is het voor u belangrijk om ook te weten dat:
- de veiligheid en werkzaamheid van dit middel niet zijn onderzocht voor de gelijktijdige toediening aan beide ogen en het gebruik op deze manier kan leiden tot een verhoogd risico op bijwerkingen.
- bij sommige patiënten de oogdruk (intraoculaire druk) tijdelijk kan toenemen binnen 60 minuten na de injectie. Uw arts zal dit na elke injectie controleren.
- uw arts zal controleren of u andere risicofactoren heeft die de kans vergroten op loslating of een scheur van een van de lagen aan de achterkant van het oog (loslating of scheur van het netvlies en loslating of scheur van het pigmentepitheel van het netvlies). In dat geval moet het middel met voorzichtigheid worden gegeven.
Als sommige geneesmiddelen die op een vergelijkbare manier werken als Vabysmo worden gebruikt, is er een kans op het krijgen van bloedstolsels die bloedvaten blokkeren (arteriële trombo-embolische voorvallen). Dit kan leiden tot een hartaanval of beroerte. Er is een theoretische kans op deze bijwerking na injectie van Vabysmo in het oog, omdat kleine hoeveelheden van het middel in het bloed terecht komen.
Er is slechts beperkte ervaring met de behandeling van:
- patiënten met actieve infecties.
- patiënten met natte LMD en RVO van 85 jaar of ouder.
- patiënten met DME veroorzaakt door diabetes type I.
- diabetici met hoge gemiddelde bloedsuikerwaarden (HbA1c meer dan 10%).
- diabetici met een oogziekte veroorzaakt door diabetes. Dit wordt proliferatieve diabetische retinopathie genoemd.
- diabetici met een hoge bloeddruk die hoger is dan 140/90 mmHg en ziekte van de bloedvaten.
- patiënten met DME die minder dan elke 8 weken injecties krijgen gedurende een lange periode.
Er is slechts beperkte ervaring met de behandeling van patiënten die minder dan elke 8 weken injecties krijgen gedurende een lange periode en deze patiënten lopen mogelijk een groter risico op bijwerkingen.
Er is geen ervaring met de behandeling van:
- diabetici of patiënten met RVO met ongecontroleerde hoge bloeddruk.
Als een van de bovenstaande vermeldingen op u van toepassing is, zal uw arts dit gebrek aan informatie overwegen bij de behandeling van u met Vabysmo.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Het gebruik van dit middel bij kinderen en jongeren tot 18 jaar is niet onderzocht omdat natte LMD, DME en RVO voornamelijk bij volwassenen voorkomen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Vabysmo nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding
Vabysmo is niet onderzocht bij zwangere vrouwen. Vabysmo mag niet worden gebruikt tijdens de zwangerschap, tenzij het mogelijke voordeel voor de patiënt opweegt tegen het mogelijke risico voor het ongeboren kind.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Borstvoeding wordt afgeraden tijdens de behandeling met Vabysmo, omdat het niet bekend is of dit middel in de moedermelk terechtkomt.
Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten een doeltreffende anticonceptiemethode gebruiken tijdens de behandeling en gedurende ten minste drie maanden na het stoppen van de behandeling met Vabysmo. Als u tijdens de behandeling zwanger wordt of denkt dat u zwanger bent, vertel dit dan onmiddellijk aan uw arts. Vraag uw arts om advies voordat u begint met de behandeling met Vabysmo.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Na uw injectie met Vabysmo kunt u tijdelijk problemen hebben met uw gezichtsvermogen (bijvoorbeeld wazig zien). U mag niet autorijden of machines gebruiken zolang als u deze klachten heeft.
Vabysmo bevat natrium
Het geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen "natriumvrij" is.
Vabysmo bevat polysorbaat
Dit middel bevat 0,02 mg polysorbaat per dosis van 0,05 ml. Polysorbaten kunnen allergische reacties veroorzaken. Heeft u bekende allergiën? Vertel dit aan uw arts.
3. HOE GEBRUIKT U DIT MIDDEL?
Hoe wordt Vabysmo toegediend?
De aanbevolen dosis is 6 mg faricimab.
Neovasculaire (natte) leeftijdsgebonden maculadegeneratie (natte LMD)
- U krijgt de eerste 3 maanden elke maand één injectie.
- Daarna kunt u elke 4 maanden of korter injecties krijgen. Uw arts zal het aantal injecties bepalen op basis van de toestand van uw oog.
Verslechtering van het gezichtsvermogen als gevolg van diabetisch macula‑oedeem (DME) en macula-oedeem als gevolg van retinale veneuze occlusies (BRVO of CRVO)
- U krijgt minimaal de eerste 3 maanden elke maand één injectie.
- Daarna kunt u minder vaak injecties krijgen. Uw arts zal het aantal injecties bepalen op basis van de toestand van uw oog.
Wijze van toediening
Vabysmo wordt in uw oog geïnjecteerd (intravitreale injectie) door een arts die ervaring heeft met het geven van ooginjecties.
Vóór de injectie zal uw arts een ontsmettend oogbad gebruiken en uw oog zorgvuldig wassen om infectie te voorkomen. Uw arts zal u oogdruppels (lokale verdoving) geven om het oog te verdoven en om pijn van de injectie te verminderen of te voorkomen.
Hoe lang duurt de behandeling met Vabysmo?
Dit is een langdurige behandeling, die maanden of jaren kan duren. Uw arts zal uw oogaandoening regelmatig controleren om te bepalen of de behandeling werkt. Afhankelijk van hoe u op de behandeling reageert, kan uw arts u vertellen dat u vaker of minder vaak een injectie nodig heeft.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een dosis mist, maak dan zo snel mogelijk een afspraak met uw arts.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Bespreek het met uw arts voordat u met de behandeling stopt. Stoppen met de behandeling kan de kans op verlies van het gezichtsvermogen vergroten en uw gezichtsvermogen kan verslechteren.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts.
4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
De bijwerkingen van een Vabysmo-injectie zijn afkomstig van het geneesmiddel zelf of van de injectieprocedure en ze betreffen meestal het oog.
Sommige bijwerkingen kunnen ernstig zijn
Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u last krijgt van een van de volgende klachten, omdat dit namelijk tekenen kunnen zijn van een allergische reactie, ontsteking of infectie:
- oogpijn, toegenomen ongemak in het oog, toegenomen roodheid van het oog, wazig of verminderd zicht, een toegenomen aantal kleine deeltjes in uw zicht, of verhoogde gevoeligheid voor licht – dit zijn mogelijke tekenen van een ooginfectie, ontsteking of allergische reactie.
- een plotselinge afname of verandering in het gezichtsvermogen.
Andere mogelijke bijwerkingen
Andere bijwerkingen die kunnen optreden na de behandeling met Vabysmo zijn onder andere de bijwerkingen die hieronder worden genoemd.
De meeste bijwerkingen zijn licht tot matig van ernst en verdwijnen over het algemeen binnen een week na elke injectie.
Neem contact op met uw arts als een van de volgende bijwerkingen ernstig wordt.
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
- Geen
Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
- Troebel worden van de lens (cataract)
- Scheuring van een van de lagen aan de achterkant van het oog (retinale pigmentepitheelscheur (alleen natte LMD))
- Loslating van de geleiachtige vloeistof in het oog (glasvochtloslating)
- Verhoging van de druk in het oog (toegenomen intraoculaire druk)
- Bloeding uit kleine bloedvaten in de buitenste laag van het oog (conjunctivale bloeding)
- Het zien bewegen van puntjes en vlekken voor de ogen (zwevers/mouches volantes)
- Oogpijn
Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
- Ernstige ontsteking of infectie in de oogbol (endoftalmitis)
- Ontsteking van de geleiachtige vloeistof in het oog/rood oog (vitritis)
- Ontsteking van de iris en het omringende weefsel in het oog (iritis, iridocyclitis, uveïtis)
- Bloeding in het oog (bloeding in het glasachtig lichaam)
- Ongemak aan uw oog
- Jeuk (oogpruritus)
- Scheuring van het netvlies (de achterkant van het oog die licht waarneemt)
- Rode ogen (oculaire/conjunctivale hyperemie)
- Het gevoel iets in het oog te hebben
- Wazig zien
- Afgenomen scherpte van het gezichtsvermogen
- Pijn tijdens de injectieprocedure (procedurepijn)
- Netvliesloslating
- Toegenomen traanproductie (meer traanvocht)
- Hoornvliesbeschadiging, beschadiging van de doorzichtige laag van de oogbol die de iris bedekt (cornea geschaafd)
- Oogirritatie
Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1.000 gebruikers)
- Tijdelijk afgenomen scherpte van het gezichtsvermogen
- Troebel worden van de lens vanwege beschadiging (traumatisch cataract)
Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
- Ontsteking van de bloedvaten achterin het oog (retina vasculitis)
- Blokkering van bloedvaten achterin het oog, meestal samen met een ontsteking (retinale occlusieve vasculitis)
Als sommige geneesmiddelen die op een vergelijkbare manier werken als Vabysmo worden gebruikt, is er een kans op het krijgen van bloedstolsels die bloedvaten blokkeren (arteriële trombo-embolische voorvallen). Dit kan leiden tot een hartaanval of beroerte. Er is een theoretische kans op deze bijwerking na injectie van Vabysmo in het oog, omdat kleine hoeveelheden van het middel in het bloed terecht komen.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden (zie hieronder voor details). Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
België
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
www.fagg.be
Afdeling Vigilantie
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg-afmps.be
Nederland
Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb
Website: www.lareb.nl
5. HOE BEWAART U DIT MIDDEL?
Uw arts, apotheker of verpleegkundige zorgt voor de juiste manier van bewaren en afvoeren van dit middel. De volgende informatie is bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg.
- Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
- Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de doos en het etiket van de injectieflacon na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
- Bewaren in de koelkast (2 °C tot 8 °C).
- Niet in de vriezer bewaren.
- De injectieflacon in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
- Vóór gebruik mag de ongeopende injectieflacon gedurende maximaal 24 uur op kamertemperatuur, tussen 20 °C en 25 °C, worden bewaard.
6. INHOUD VAN DE VERPAKKING EN OVERIGE INFORMATIE
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stof in dit middel is faricimab. Eén ml oplossing voor injectie bevat 120 mg faricimab. Elke injectieflacon bevat 28,8 mg faricimab in 0,24 ml oplossing. Dit levert een bruikbare hoeveelheid om een enkele dosis toe te dienen van 0,05 ml oplossing met 6 mg faricimab.
- De andere stoffen in dit middel zijn: L-histidine, azijnzuur 30% (E 260), L-methionine, natriumchloride, sucrose, polysorbaat 20 (E 432), water voor injecties (zie rubriek 2 “Vabysmo bevat natrium en polysorbaat”).
Hoe ziet Vabysmo eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
De oplossing is helder tot bijna doorschijnend, kleurloos tot bruingeel.
Verpakking met één glazen injectieflacon en één steriele stompe optreknaald met filter(18‑gauge x 1,5 inch, 1,2 mm x 40 mm, 5 μm) uitsluitend voor eenmalig gebruik.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Roche Registratie GmbH
Emil-Barell-Strasse 1
79639 Grenzach-Wyhlen
Duitsland
Fabrikant
Roche Pharma AG
Emil-Barell-Strasse 1
79639 Grenzach-Wyhlen
Duitsland
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien | Nederland |
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in december 2024
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Instructies voor gebruik van de injectieflacon:
Voordat u begint: | |
Lees alle instructies zorgvuldig door voordat u Vabysmo gebruikt. | |
De Vabysmo-kit bevat een glazen injectieflacon en optreknaald met filter. De glazen injectieflacon is uitsluitend voor één enkele dosis. De optreknaald is uitsluitend bestemd voor eenmalig gebruik. | |
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). | |
Laat het middel op kamertemperatuur (20 °C tot 25 °C) komen voordat u doorgaat met de toediening. De injectieflacon in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht. De injectieflacon met Vabysmo kan maximaal 24 uur op kamertemperatuur worden bewaard. | |
De injectieflacon met Vabysmo moet vóór toediening visueel worden geïnspecteerd. Vabysmo is een heldere tot bijna doorschijnende, kleurloze tot bruinachtig gele oplossing. | |
| Niet gebruiken als er deeltjes, troebelheid of verkleuring zichtbaar zijn. |
| Niet gebruiken als de houdbaarheidsdatum van de verpakking, de injectieflacon en/of de optreknaald verstreken is, of deze beschadigd zijn of of geopend zijn geweest (zie figuur A). |
| Gebruik een aseptische techniek om de voorbereiding van de intravitreale injectie uit te voeren. |
| |
Verzamel benodigdheden | |
1 | Verzamel de volgende benodigdheden:
|
2 | Om ervoor te zorgen dat alle vloeistof op de bodem van de flacon neerkomt, plaatst u de flacon rechtop op een vlak oppervlak (gedurende ongeveer 1 minuut) na verwijdering uit de verpakking (zie figuur B). Tik zachtjes met uw vinger tegen de flacon (zie figuur C), omdat er vloeistof aan de bovenkant van de flacon kan kleven. | ||
|
|
| |
3 | Verwijder de flip‑off‑dop van de injectieflacon (zie figuur D) en veeg het septum van de injectieflacon af met een alcoholdoekje (zie figuur E). | ||
|
|
| |
Breng het middel over van de injectieflacon naar de spuit | |||
4 | Bevestig de meegeleverde 18‑gauge x 1,5 inch optreknaald met een aseptische techniek stevig op een luer-lockspuit van 1 ml (zie figuur F). | ||
|
| ||
5 | Duw de optreknaald met een aseptische techniek in het midden van het septum van de injectieflacon (zie figuur G), duw de naald er helemaal in en kantel de injectieflacon vervolgens lichtjes zodat de naald de onderste rand van de injectieflacon raakt (zie figuur H). | ||
|
|
| |
6 | Houd de injectieflacon een beetje schuin en trek langzaam alle vloeistof uit de injectieflacon op (zie figuur I). Houd de schuine kant van de optreknaald ondergedompeld in de vloeistof, om te voorkomen dat er lucht in komt. | ||
|
| ||
Bevestig de injectienaald | |||
7 | Zorg ervoor dat de zuiger voldoende wordt teruggetrokken tijdens het leegzuigen van de injectieflacon om de optreknaald volledig te legen (zie figuur I). | ||
8 | Koppel de optreknaald los van de spuit en voer deze af volgens de lokale richtlijnen. | ||
9 | Bevestig met een aseptische techniek stevig een injectienaald van 30‑gauge x 0,5 inch op de luer-lockspuit (zie figuur J). | ||
|
| ||
Verwijder luchtbellen en pas de dosering aan | |||
10 | Verwijder voorzichtig de plastic beschermdop van de naald door deze er recht vanaf te trekken. | ||
11 | Houd de spuit met de naald naar boven om te controleren op luchtbellen. Als er luchtbellen zijn, tik dan zachtjes met uw vinger tegen de spuit totdat de luchtbellen naar boven gaan (zie figuur K). | ||
|
| ||
12 | Verwijder voorzichtig de lucht uit de spuit en de naald en druk langzaam op de zuigerstang om de rubberen zuigerstop uit te lijnen met de 0,05 ml dosismarkering. De spuit is klaar voor de injectie (zie figuur L). Zorg ervoor dat de injectie onmiddellijk na bereiding van de dosis wordt toegediend. |
|
|
13 | Injecteer langzaam tot de rubberen zuigerstop het uiteinde van de spuit bereikt om het volume van 0,05 ml toe te dienen. Verzeker u ervan dat de volledige dosis is toegediend door te controleren of de rubberen zuigerstop het uiteinde van de spuitcilinder heeft bereikt. |
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | Prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|
4624631 | Vabysmo 120 mg/ml oplossing voor injectie | € 953,6 | Ja | - | - |